Instructie

Dit is ook meteen het scherm waarmee je door de hele BEP ‘loopt’. Bovenaan zie je de categorieën 1) beschrijvend taalgebruik en 2) betrekkend taalgebruik. Je kunt op iedere mogelijke plek beginnen, maar het meest handig is om bij het vakje linksbovenaan (beschrijvend taalgebruik), te starten.

In de linkerkolom zie je de drie effecten; A) scenario schetsend, B) identiteits opbouwend of C) groeps vormend, elk daarvan kun je aanklikken. Ook bij betrekkend taalgebruik (volgende tabje) kun je deze drie effecten bekijken.

Om alle voorbeelden te zien, loop je door BEP heen met behulp van de pijltjes. Bij elk onderdeel krijg je voorbeeldtweets te zien, specifiek voor die categorie en een effect.

In totaal zijn er 18 voorbeeldtweets, afkomstig uit casussen van onze partners die we onderzocht hebben. Elk voorbeeld bestaat uit:

1. Een korte ‘theoretische aanwijzing’ waarin opvallend taalgebruik uit de tweet wordt uitgelicht en gelinkt wordt aan het effect van de tweet.
2. Een antwoord op de vraag: wat gebeurt hier?
3. Enkele ingrediënten voor een reactie: hoe zou je hier mee om kunnen gaan?
4. En in sommige gevallen een voorbeeldreactie

Door te werken met de tool leer je betrekkend en beschrijvend taalgebruik te herkennen en krijg je inzicht in wat belangrijk is bij het formuleren van een reactie. Op deze manier leer je de verschillende patronen te ontdekken.

Let hierbij wel op: hoe je reactie er daadwerkelijk uit komt te zien, is vooral afhankelijk van afspraken binnen je eigen organisatie. Het kan ook zijn dat er afspraken zijn gemaakt om op sommige uitspraken wel of niet te reageren.