Afstandsonderwijs
Digitale didactiek & pedagogiek

Digitale didactiek & pedagogiek

Zit je met vragen zoals: Hoe organiseer ik mijn online les? Hoe begeleid ik nu een leerteam? Hoe zorg ik voor een goed digitaal leerklimaat en wat zijn geschikte online didactische onderwijsvormen? Komende tijd vullen we deze pagina verder met allerlei relevante informatie, hulpmiddelen, good practices en tips op het gebied van digitale didactiek en pedagogiek. Om te beginnen hebben we alvast een aantal elementen op een rij gezet met daarbij praktische tips en zaken ter overweging.

Leesadvies

De lijst hieronder is niet uitputtend, maar het kan wel uitputten als je alles lineair tot je neemt. Zo is het aanbod ook niet bedoeld. Advies: surf erdoorheen om weer even geïnspireerd te raken, concrete handvatten tegen te komen die je misschien al lang kende maar weer vergeten was en als je geen tijd of zin hebt om zelf te gaan grasduinen in bronnen.

De tips en handvatten zijn geen vervanging voor een gedegen (her)ontwerp van je cursus naar afstandsonderwijs. Het zijn wel handvatten die op korte termijn kleine winsten kunnen opleveren en die je in een herontwerp, op langere termijn, mee zal willen nemen.

Met dank aan de collega’s binnen de HU die hier al veel ervaring mee hebben opgedaan en nu hun kennis delen.

Het pedagogisch aspect

In een tijd waarin veel studenten, net als veel docenten, meer druk ervaren en emotioneel geraakt worden door de gevolgen van de huidige crisis, is het alleen maar belangrijker om te investeren in een veilig klimaat op de online HU. We zien veel collega’s daar (digitaal) hardop over nadenken en elkaar tips geven. Pedagogische aspecten in het onderwijs komen dus ook online aan bod, maar vragen soms om een andere insteek, of bewuster handelen dan wanneer je elkaar regelmatig op de campus tegenkomt.

De tips hieronder helpen om ook op afstand professioneel te blijven zorgen voor je studenten, je collega’s en jezelf.

Pedagogisch elementen in afstandsonderwijs

  • Vraag aan het begin van een bijeenkomst om via de chat in een woord of korte zin weer te geven hoe iedereen erbij zit. Probeer hierbij wel in te schatten of het leerklimaat zodanig veilig is dat dit kan.
  • Wijs een student aan die de chat in de gaten houdt en eventueel anderen kan helpen als de verbinding niet goed werkt.
  • Geef studenten de ruimte om het aan te geven als het hen even te veel is, of als ze bij een opdracht niet mee willen doen.
  • Houd rekening met een veilige online leeromgeving. Benoem bijvoorbeeld van tevoren expliciet welke regels je tijdens het (online) college handhaaft en hoe je verwacht dat studenten met elkaar en met jou omgaan.
  • Ga in op hoe het onderwerp van jouw les zich verhoudt tot de huidige situatie. Hiermee geef je studenten niet alleen de kans om even stil te staan bij wat er gebeurt, maar maak je ook een relevante verbinding met het onderwerp van jouw les.
  • Vraag niet alleen feedback op de inhoud van je les, maar ook op de vorm. In hoeverre voelden de studenten zich betrokken? Of: in hoeverre voelden studenten de ruimte om vragen te stellen of te reageren?
  • Misschien zijn er nieuwe studenten die je nog niet eerder gezien hebt. Stel je in dat geval voor de eerste bijeenkomst voor door bijvoorbeeld een vooraf opgenomen video aan te bieden. Zo kunnen de studenten op een rustig moment kennis maken.
  • Stel vooraf een netiquette op, waarin je (liefst gezamenlijk) afspraken bespreekt over de online leeromgeving en samenwerking. Bijvoorbeeld dat vanaf het begin iedereen de camera en microfoon uit heeft staan, dat ze via de chat kunnen aangeven dat ze iets willen vragen, waarna je de microfoon kan open zetten.

Digitale didactiek

Als je alleen maar op afstand contact hebt met je studenten, wat betekent dat dan voor je didactiek? Welke werkvormen zijn geschikt voor online onderwijs en hoe zorg je ervoor dat je feedback betekenisvol is?

Afstandsonderwijs vereist opnieuw het goed doordenken van de leeractiviteiten die je ontwerpt. Dit kan online significant anders zijn dan offline. Hieronder per didactisch element handvatten en tips met betrekking tot de online context.

Motivatie

Motivatie volgt uiteraard uit een hoop extrinsieke en, vooruit, intrinsieke zaken, maar in het algemeen zijn er ook nog tips mee te geven.

  • Investeer in persoonlijke aandacht. Juist in deze enorm onbekende situaties waar ook emoties een grote rol spelen, is het belangrijk dat je aandacht hebt voor hoe het met je studenten gaat. Als ze zich hierin gezien voelen, scheelt dat niet alleen in het (emotioneel) welzijn, maar genereert het ook betrokkenheid. Uiteraard alles binnen de grenzen van je eigen, professionele vermogen.
  • Probeer, waar mogelijk, studenten inzicht te geven in hun eigen leerproces. Dit kun je bijvoorbeeld doen met behulp van formatieve evaluaties. Zie meer tips hierover onder het kopje ‘formatief evalueren’.
  • Zet studenten actief aan het leren in de onderdelen van je cursus die studenten zelfstandig moeten doen, dus buiten de live colleges om. Denk aan het interactief maken van een video middels bijvoorbeeld PlayPosit of H5P (let op, voor het gebruik van tools gelden wel bepaalde regels, lees daarover op deze site), of het doen van een online quiz in bijvoorbeeld Quizzes.Next in Canvas.
  • Geef studenten een keuze in wat ze willen doen en hoe. Dit betekent niet dat je volledige vrijheid hoeft te geven, maar bied bijvoorbeeld de optie om een opdracht zelfstandig of in samenwerking te doen. Deze flexibiliteit is – bijvoorbeeld ook voor (deeltijd)studenten met kinderen – niet alleen motiverend, maar vooral ook nodig.
  • Bied een rijke leeromgeving, bijvoorbeeld in Canvas, met gevarieerde bronnen, casussen, werkvormen en mogelijkheden tot interactie.
  • Sluit zo goed mogelijk aan bij het niveau van je studenten, ook op het gebied van ict. Voor studenten is het evengoed soms zoeken naar knoppen van nieuwe tools.

Studenten helpen bij zelfstandig studeren

Studenten moeten bij afstandsonderwijs wat meer zelfstandig studeren. Niet alleen is het aantal contacturen (waarschijnlijk) afgenomen, ook tijdens de online bijeenkomsten is het lastiger om met iedereen dezelfde mate van contact te maken. Om studenten in staat te stellen om meer zelfstandig te studeren kan je aan een paar punten denken bij het vormgeven van je Canvas-cursus:

  • Maak een overzichtelijke startpagina die in één overzicht de cursus(delen) weergeeft. Plaats hier ook links naar de verschillende subonderdelen, zodat ze snel kunnen navigeren naar de benodigde informatie.
  • Maak voor studenten duidelijk waar ze welke informatie kunnen vinden, bijvoorbeeld door middel van icoontjes, titels of figuren die op de startpagina toegelicht worden.
  • Maak studenten duidelijk waar ze terecht kunnen voor vragen. Dit kan synchroon (live vragenuurtjes) of asynchroon (in een forum, per mail), of nog beter: een combinatie van beiden.
  • Spreek met collega’s één methode af om bovenstaande onderdelen weer te geven. Bijvoorbeeld één navigatiestructuur, dezelfde titels of dezelfde figuren om te verwijzen naar werkvormen.

Interactieve colleges

Om interactie in je online colleges te krijgen, kan je onderstaande tips gebruiken.

  • Bedenk van te voren welke colleges je live door wil houden in een videocollege. Grote, lange hoorcolleges met weinig interactie kan je beter opknippen in korte kennisclips en aanbieden op je Canvas-cursus (zie voor tips deze videopagina). Het is lastiger voor studenten om zo’n college geconcentreerd te volgen via een videoverbinding dan wanneer je met zijn allen in een collegezaal op de Uithof bent.
  • Gebruik de videobijeenkomsten voor korte, interactieve sessies met een duidelijke structuur (bijvoorbeeld vraag-antwoord, korte, direct uitvoerbare opdrachten, presentaties van studenten).
  • Bij instructiecolleges: differentieer. Studenten die de instructie niet meer nodig hebben kunnen ondertussen een verdiepende opdracht doen, of later inbellen.
  • Check regelmatig bij je studenten of ze het nog kunnen volgen. Is er een verwerkingspauze nodig?
  • Nodig studenten actief uit om vragen te stellen via de chatfunctie tijdens een online les. Maak daarbij aan het begin van de bijeenkomst wel afspraken over hoe je die vragen gesteld wil krijgen en op welk moment je ze zal beantwoorden.
    • Studenten kunnen hun vragen bijvoorbeeld stellen in de chat van MS Teams, in een discussieforum op de cursuspagina in Canvas, of in een gedeeld Word-document, vergadernotities, of ander gedeeld bestand.
  • Stel tijdens online bijeenkomsten vragen aan de studenten, en vraag of studenten via de tool willen aangeven of ze een reactie willen geven, zodat je beurten kunt geven. Het is overigens ook altijd goed om beurten te geven zonder met ‘handen opsteken’ te werken, omdat zo alle studenten aangesproken worden om mee te denken.
    • studenten kunnen om een beurt vragen door dat in de chat te zeggen, of hun microfoon aan te zetten.
    • studenten kunnen antwoorden ook alvast delen in de chat, of in een forum, of document. Als docent kan je die dan klassikaal nalopen.
    • bedenk vragen van te voren, zodat je kunt differentiëren, bijvoorbeeld met behulp van de taxonomie van Bloom (bijvoorbeeld: reproductievragen, begripsvragen, integratievragen, analyse etc.)
  • Laat studenten tijdens bijeenkomsten ook in kleine groepjes met elkaar samenwerken. Er zijn verschillende manieren om dat te doen:
    • In Teams kan je ze in een eigen teamomgeving laten samenwerken. Studenten zijn dan zelf eigenaar van hun team en kunnen jou als docent uitnodigen.
    • Je kan meerdere vergaderlinkjes in Teams tegelijk aanmaken en die verschillende linkjes aan verschillende werkgroepen/duo’s/leerteams geven tijdens je ‘centrale’ college.
    • Je kan met de klas een Team vormen en daarbinnen met privékanalen per werkgroep/duo/leerteam werken.
    • Je kan de studenten zelf een manier laten kiezen waarop ze het liefst met elkaar communiceren (bijvoorbeeld WhatsApp). Je mag ze echter niet verplichten om in een tool te werken die niet van de HU is. Zie voor meer informatie over toolgebruik deze pagina.
  • Als studenten in kleinere groepjes met elkaar een opdracht hebben moeten doen, laat ze die dan aan de hele groep studenten presenteren, of bespreek de opdracht als docent.
  • Gebruik tools om studenten online te laten brainstormen en op elkaar te laten reageren.
    • Dat kan bijvoorbeeld in een gedeeld bestand in Teams, waar iedereen in kan werken. Ook zijn er gratis tools als Answergarden en Padlet. Om die te gebruiken, moet je je wel aan een aantal regels houden, zie ook deze informatie.
  • Houdt de bijeenkomsten samen met een collega, waarbij de één presenteert en de ander de vragen in de chat in de gaten houdt. Je kunt ook een student aanwijzen als moderator.
  • Noem aan het begin van de les eventjes de namen van de aanwezigen op, zodat iedereen aangesproken is.
  • Je kunt ook kiezen voor een interactieve asynchrone les, een les waarbij studenten op hun eigen moment de stof bekijken en opdrachten maken, in plaats van allemaal tegelijk live.
    • Gebruik kennisclips in plaats van lange collegeopnamen, maak je video’s interactief met bijvoorbeeld H5P, of PlayPosit. Voor dit soort gratis tools gelden wel gebruiksregels. Je kunt er ook van te voren richtvragen bij stellen, zodat studenten geprikkeld worden om geconcentreerd naar de clips te kijken.

Activerende werkvormen

Bij activerende werkvormen zijn studenten actief bezig met het studiemateriaal. Het vormgeven van online activerende werkvormen hoeft niet heel anders te zijn dan offline, maar het kan wel handig zijn om onderstaande tips mee te nemen.

  • Werk volgens het principe van constructive alignment. Begin bij het eind: wat zijn de leeruitkomsten of lesdoelen voor de studenten? Kies vervolgens hoe je inzichtelijk kunt maken dat ze die hebben behaald: met wat voor (formatieve) toetsvorm of evaluatievorm kan een student dat aantonen? Gaat het om eenvoudige, of complexe beroepstaken, of gaat het om onderdelen van de kennisbasis? Kies vervolgens een werkvorm die daar weer bij past.
  • Wees extra duidelijk in het geven van instructie. Benoem concreet: wat de studenten moeten doen, met wie ze dat moeten doen (tweetallen, leerteam, alleen?) hoe lang ze daarvoor hebben, hoe ze het moeten opleveren (presenteren? document?) en welke bronnen en hulpmiddelen ze mogen gebruiken.
  • Vraag per onderwerp of vaker of de uitleg begrepen is en geef studenten de kans om via de chat aanvullende vragen te stellen.
  • Als je de studenten in groepjes of individueel zelf aan het werk zet, geef dan aan dat studenten die nog wat extra instructie nodig hebben, in de online les aanwezig mogen blijven voor extra uitleg. De rest kan dan de groepsbijeenkomst (tijdelijk) verlaten.
  • Denk van tevoren goed na over hoe je de actieve werkvormen online kunt vormgeven (voor tips over samenwerkend leren, kijk onder het kopje ‘samenwerkend leren’).
  • Zorg dat het materiaal dat nodig is beschikbaar is.
  • Betrek ook de online omgeving in je opdracht. Laat studenten informatie verzamelen, selecteren en filteren. Stuur ze het internet op, bijvoorbeeld op zoek naar een slechte bron en een goede bron (en laat ze uitleggen waarom het een slechte bron is), of naar relevante bedrijven, casussen, personen etc.
  • Probeer ook opdrachten te geven die ze offline kunnen doen. Veel studenten (en docenten!) zitten op het moment veel achter de computer. Kom nog wel weer online samen om de bijeenkomst gezamenlijk af te sluiten en gemaakte (offline of online) opdrachten na te bespreken.
  • Gebruik creativiteit en laat studenten zelf ook opdrachten bedenken.

Samenwerkend leren

Samenwerkend leren kan ook online georganiseerd worden, maar vraagt misschien wel wat meer van je (online) organisatietalent dan in een klaslokaal. Gebruik de tips hieronder om ook online samenwerkend leren een succes te laten zijn.

  • Organiseer dat je studenten in groepen kunnen samenwerken. Bijvoorbeeld:
    • Je kan meerdere vergaderlinkjes in Teams tegelijk aanmaken en die verschillende linkjes aan verschillende werkgroepen/duo’s/leerteams geven tijdens je ‘centrale’ college.
    • Maak een MS Teams aan als je een groep studenten vaker lesgeeft, en maak binnen dat team privékanalen aan waarin groepjes studenten kunnen samenwerken.
    • Je kan de studenten zelf een manier laten kiezen waarop ze het liefst met elkaar communiceren (bijvoorbeeld WhatsApp). Je mag ze echter niet verplichten om in een tool te werken die niet van de HU is. Zie voor meer informatie over toolgebruik deze pagina.
  • Je kunt die organisatie ook bij de studenten zelf leggen. Studenten kunnen namelijk zelf ook een team vormen in MS Teams. Als beheerder van dat team kunnen ze zelf docenten uitnodigen om deel te nemen aan een videobijeenkomst. De instructie voor studenten staat op Digitale HU.
  • Geef expliciet aan hoe er samengewerkt dient te worden; bijvoorbeeld via chat, video call, of dat studenten vrij zijn om zelf te kiezen. Dit hangt voor een deel af van of jij als docent toegang moet hebben tot het samenwerken tussen de studenten.
  • Probeer een wederzijdse afhankelijkheid in de opdracht te bouwen, of anders gezegd: Wat is de meerwaarde van het samenwerken voor de door jou bedachte opdracht?
  • Geef aan wat de studenten van elkaar en van jou kunnen verwachten.
  • Voor meer tips, ook de informatie onder ‘leerteams online begeleiden’.

Formatief evalueren

Formatief evalueren kan helpen om inzicht te krijgen in wat studenten al beheersen, zowel voor de docent als voor de student zelf. Er wordt in de digitale leeromgeving natuurlijk al heel wat formatief afgeëvalueerd. We wijzen je graag nog een keer op onderstaande tips.

  • Laat studenten elkaar evalueren (peerreview). Geef studenten daarbij richtlijnen, bijvoorbeeld in de vorm van een rubric, zoals mogelijk bij opdrachten in Canvas.
  • Je kunt ook studenten zichzelf laten evalueren op bijvoorbeeld vaardigheden, al dan niet met input van peers of experts. Een programma dat je daarvoor kan gebruiken is FeedPulse. Interesse in deze tool? Neem contact op met de Helpdesk.
  • Maak gebruik van MS Forms of van de quizfunctie in Canvas om formatieve evaluaties op te zetten met gesloten vragen.
  • Gebruik gesloten vragen, zodat het programma (bijvoorbeeld Canvas Quizzes.Next) de antwoorden automatisch nakijkt.
  • Voorzie open vragen van een antwoordmodel zodat studenten zichzelf kunnen beoordelen.
  • Denk na over wat het doel is:
    • inzicht krijgen in waar studenten staan in het ontwikkelen van vaardigheden of begrip (docentperspectief)
    • inzicht krijgen in waar studenten staan in het ontwikkelen van vaardigheden of begrip (studentperspectief)
    • studenten laten ervaren waar ze nog aan moeten werken en wat ze goed beheersen (bijvoorbeeld in de vorm van een skill tree)
    • als docent snel feedback krijgen over welke thema’s meer aandacht en herhaling behoeven
  • Laat formatieve evaluaties regelmatig terugkomen in je cursus.
  • Integreer formatieve evaluaties in je online instructie. Hiervoor kan je ook veel tools gebruiken, zoals Mentimeter en Kahoot. Het gebruik van dit soort gratis tools kan als je de regels volgend uit de AVG daarbij in acht neemt.
  • Gebruik de resultaten van formatieve evaluaties eventueel als input voor je volgende lesvoorbereiding.

Feedback geven

Feedback kun je zowel asynchroon als synchroon geven. Met synchroon wordt bedoeld: in ‘live’ contact, dus per videoverbinding, telefoon, of chat. Asynchroon kan bijvoorbeeld door studenten documenten te laten inleveren waar ze dan later feedback op krijgen. Denk in ieder geval aan onderstaande tips!

  • Probeer synchrone en asynchrone feedback af te wisselen. Bij synchrone feedback heeft een student bijvoorbeeld geen ‘privé’-verwerkingstijd, hij zal meteen moeten reageren. Dat kan van toegevoegde waarde zijn, maar het is goed om studenten ook op hun eigen moment feedback tot zich te laten nemen en verwerken.
  • Maak gebruik van peerfeedback. Hierbij is het belangrijk dat de peerfeedback altijd voor eventuele expertfeedback komt.
  • Als je peerfeedback inzet, probeer structuur te bieden door feedbackvragen of -onderwerpen van tevoren op te stellen. Je kan bijvoorbeeld een rubric klaarzetten voor je studenten, als je ze in Canvas feedback op elkaar laat geven.
  • Gebruik OneDrive, MS Teams of Canvas (Speedgrader) om formatieve feedback te geven op documenten.
  • Je kunt de opdrachten in Canvas ook gebruiken om studenten elkaar feedback te laten geven op handelingen. Geef dan in de opdracht duidelijk aan wat er van de studenten verwacht wordt.
  • Probeer een balans te vinden tussen correctieve (detail-) feedback en globale feedback.

Cognitive Load Theory

Een belangrijk concept om rekening mee te houden, zeker bij online onderwijs, is de Cognitive Load Theory. Deze theorie beschrijft dat het werkgeheugen van een mens maar beperkte capaciteit heeft en dus vast kan lopen als het te veel taken tegelijk moet uitvoeren. Met de hoeveelheid informatie die nu op studenten en docenten afkomt, is het belangrijk met onderstaande tips rekening te houden.

  • Probeer niet te veel verschillende applicaties te gebruiken. Zorg dat ze ook duidelijk geïntegreerd zijn in je les, zowel in je Canvas-cursus als tijdens een videobijeenkomst (linkjes overzichtelijk bij elkaar in een bijlage of in de chat, bijvoorbeeld).
  • Knip informatie op. Lange hoorcolleges volgen via een videoverbinding of bekijken in een lange videofilm is vermoeiend en minder effectief dan wanneer je de colleges opknipt in korte clips die een deelonderwerp of thema behandelen.
  • Geef bij een online college van tevoren duidelijk aan wat de structuur van het college gaat zijn en refereer tijden het college regelmatig aan deze structuur.
  • Pas scaffolding (het opdelen van informatie in kleinere stukjes) toe in opdrachten en instructie.
  • Check regelmatig of je studenten het nog bijhouden of extra ondersteuning, of een verwerkingspauze nodig hebben.
  • Probeer irrelevante communicatie zo veel mogelijk te beperken en belangrijke informatie duidelijk te communiceren.
  • Voorkom dat studenten moeten zoeken naar informatie. Dat betekent dat bijvoorbeeld instructie, materiaal en oefenvragen bij elkaar moeten staan.

Begeleiden in de beroepspraktijk

Op welke manier kun je jouw student begeleiden bij een onderzoeksopdracht, bijvoorbeeld tijdens een (afstudeer)stage? Hieronder geven we tips ingedeeld per fase van de onderzoekscyclus. Binnen het Lectoraat Betekenisvol Digitaal Innoveren / onderzoeksgroep Digitale Innovatie in het Onderwijs is hier over nagedacht aan de hand van de volgende stappen in het onderzoek:

  • Vooronderzoek (kan dit online, bijv. via de HUB?)
  • Vraag formuleren (doe je sit synchroon of asynchroon?)
  • Data verzamelen (denk out-of-the-box, bijv. een brown-paper sessie of padlet sessie)
  • Data analyseren: (let bij gebruik van online tools voor analyseren op de AVG)
  • Rapporteren en presenteren (Office365 en OneDrive bieden hier een aantal mogelijkheden voor)

Meer weten over de mogelijkheden bij deze stappen? Kijk dan bij de uitgebreide blog op de TLN site.

En om verder over na te denken...

  • Differentiëren
  • Online praktijkonderwijs: ruimte voor casuïstiek, visie, beroepsidentiteit, intervisie, passende werkvormen
  • Zelfsturend leren (leerpleinen)
  • Het leren monitoren en begeleiden (scaffolding)
  • Brainstormen (online informatie verzamelen), mindmappen
  • Opbouw van je college: studenten vooraf iets laten doen, tijdens en na
  • Wat doe je wel online (dan wel asynchroon oftewel ‘ieder op zijn eigen tijd’, dan wel synchroon, oftewel ‘live’) en wat niet?

Leerteams begeleiden op afstand

Hoe houd je goed contact met de leerteams die je begeleidt? Wat voor opdrachten kan je ze op afstand laten doen?

Klik op het onderstaande uitklapmenu voor tips die je meteen kunt toepassen. Ze helpen je om, ook op afstand, je studenten een veilige omgeving te bieden en ze te motiveren.

Relatie

  • ​​​Doe elke keer een rondje: hoe zit je erbij? Heb aandacht voor gevoelens en thuissituatie van studenten: in contact blijven is belangrijk.
  • Als de thuissituatie moeilijk is, dan gewoon even een op een contact maken door te bellen/appen. Geldt ook voor afhakers, blijf dit regelmatig doen.

Organisatie

  • Maak regelmatig contactafspraken om de betrokkenheid te helpen vergroten.
  • Gebruik de kalender in Canvas om gebeurtenissen voor en afspraken met de groep te maken, die zijn dan rechtsboven in het scherm zichtbaar.

Structuur tijdens bijeenkomsten

  • Elke deelnemer zet video aan: spreek dit af met elkaar en leg ook uit dat dit niet is ter controle maar vanuit bezorgdheid/ betrokkenheid.
  • ​Handig om sessies op te knippen, en de doelen kleiner maken. Een half uur is bijvoorbeeld voldoende wanneer het anders een uur zou zijn.
  • ​Werk in kleine groepjes, maak per subgroepje een kanaal aan met subopdrachten en wissel af met een sessie voor de hele groep.
  • ​Belangrijk om van tevoren en tijdens een sessie af te bakenen, mijlpalen benoemen. Na 2 weken heb je….
  • ​Maak afspraken over de samenwerking en over de rolverdeling tijdens een meeting (presentator, moderator, chatbijhouder enz)
  • Zorg dat je in beeld ben als presentator. Iemand anders is dan moderator en beantwoordt via de chat vragen. -> In MS Teams: tip je studenten hiervoor de “pin”-functie te gebruiken.

Motivatie

  • Gebruik je creativiteit, doe kleine challenges, geef opdrachten: maak iets (met lego of tekenen oid). Even niet op een scherm maar echt iets maken. Daarna wel delen met de groep.
  • Hoe kun je studenten belonen? Geef complimenten, gebruik (met mate) emoticons enz. Spreek je waardering uit, ook al zie je studenten niet.
  • ​Feedback is online nog belangrijker. Geef een student feedback en spreek af dat bijvoorbeeld over 10 minuten je elkaar hierover spreekt, zodat de student het eerst kan verwerken.
  • Bevraag studenten of ze zelf ideeën hebben.

Video's online onderwijs

Ontdek ook de kennisclip over online onderwijs op TLN.