Achtergrond
Zelfredzaamheid is een sleutelbegrip in de huidige samenleving. Zelfredzaamheid is het vermogen van mensen om zichzelf te redden op alle levensterreinen met zo min mogelijk professionele ondersteuning en zorg. Een belangrijke oorzaak voor verlies van (fysieke) zelfredzaamheid is vallen. Iedere 5 minuten meldt zich een oudere op de spoedeisende hulp als gevolg van een val in en om het huis of in de openbare ruimte.
Om zelfredzaamheid te behouden is het belangrijk om ouderen met een verhoogd valrisico vroegtijdig te signaleren en vervolgens passende ondersteuning te bieden. Een integrale aanpak van valpreventie die inspeelt op de verschillende uitingen van ‘kwetsbaarheid’ die valongevallen veroorzaken is wenselijk. Er zijn inmiddels meerdere, integrale valpreventieprogramma’s erkend met goede of sterke aanwijzingen voor effectiviteit.
Doel
In dit onderzoeksprojecten streven we naar het identificeren van succesvolle implementatie strategieën voor een effectieve, lokale en integrale implementatie van valpreventie in de wijk. Hierbij is specifieke aandacht voor de wensen van ouderen met verhoogd valrisico en voor het verbeteren van interprofessionele samenwerking.
Implementatie van de valpreventieprogramma’s komt niet goed van de grond. Ouderen staan vaak onwillig tegenover een valrisico screening en hebben vaak een verkeerd beeld hebben van valpreventie en zijn daardoor niet geneigd deel te nemen aan een valpreventieprogramma. Aan de andere kant falen valpreventieprogramma’s vaak vanwege een gebrek aan interprofessionele samenwerking over de hele keten. Als er al gescreend wordt op valrisico, wordt minder dan de helft van de ouderen met een verhoogd valrisico daadwerkelijk doorverwezen naar een valpreventieprogramma. Uitvoerders van valpreventieprogramma’s staan vaak ook onvoldoende in contact met de betrokken zorgprofessionals.
Om de lacune tussen kennis uit onderzoek en dagelijkse praktijk te verminderen, is meer inzicht nodig in succesvolle implementatiestrategieën om effectieve, integrale valpreventie-interventies breder te implementeren. Zowel vanuit eerste- en tweedelijnszorgprofessionals en vanuit gemeenten is hierbij specifiek behoefte aan meer kennis en ondersteuning in het implementeren van een interprofessionele samenwerking en kennis over hoe de ouderen met verhoogd valrisico te bereiken.
Om de implementatie van vroeg signalering bij een verhoogd valrisico te faciliteren, wordt een aanpak gevraagd waarbij alle belanghouders uit de keten voor preventieve ouderenzorg actief betrokken zijn. Dit zijn ouderen zelf, eerstelijns zorgverleners (huisartsen, fysiotherapeuten, apothekers, wijkverpleegkundigen), tweedelijns zorgverleners (geriaters), de publieke gezondheidszorg (GGD), sociaal werkers, welzijnsprofessionals en beleidsmedewerkers.
Aan het einde van het project hebben we inzicht in welke strategieën goed en minder goed werken om valpreventie programma’s te implementeren en welke factoren hierop van invloed zijn.
Inzichten uit het onderzoek zullen worden verwerkt in het onderwijs programma van toekomstige professionals.
Werkpakketten
Om de onderzoeksvraag te beantwoorden bestuderen we in vier werkpakketten (WP) bevorderende en belemmerende factoren die zich voordoen in alle fasen van het implementatieproces.
Hierbij richt WP1 zich op de analyse van de huidige situatie, het selecteren en aanpassen van de interventie aan de lokale context en het maken van een implementatieplan.
WP2 richt zich op de uitvoer, de monitoring en de proces- en effect evaluatie.
WP3 en WP4 richten zich respectievelijk op strategieën om ouderen met een verhoogd valrisico te bereiken en behouden en op interprofessioneel samenwerken in alle stappen van het implementatieproces. Uitkomsten van WP3 en WP4 geven input aan WP1 en WP2. Daarnaast kunnen uitkomsten uit WP1 beïnvloeden hoe professionals samen zouden moeten werken en vice versa.
Aanvullend zullen in WP5 activiteiten worden uitgevoerd om de verzamelde kennis te valoriseren naar zowel onderwijs, beroepspraktijk als wetenschap. Een belangrijk onderdeel hiervan is ook het ontwikkelen van businessmodellen voor het succesvol implementeren van integrale valpreventie-interventies.
Partners
De implementatie (en daaraan gekoppeld proces- en evaluatieonderzoek) wordt uitgevoerd bij vier gemeenten of wijken in de provincie Utrecht. Naast lokale belanghouders, wordt met verschillende overkoepelende partijen samengewerkt om de bestaande expertise op het gebied van valpreventie goed te bundelen: lectoraten van de Hogeschool Utrecht, GGD-Regio Utrecht, afdeling Volksgezondheid Gemeente Utrecht, Trimbos Instituut, VeiligheidNL, afdeling Geriatrie van het UMCU, en Pharos. In alle deelnemende gemeenten/wijken zal het implementatieproces worden gevolgd. Middels mixed methods, een combinatie van kwalitatief en kwantitatief onderzoek, wordt de context in kaart gebracht, de interprofessionele samenwerking geïnventariseerd, wensen van deelnemers onderzocht, mate van implementatie gemeten, en effecten op belangrijke risicofactoren geanalyseerd. Middels within- en between-sites vergelijkingen wordt geanalyseerd welke implementatiestrategieën het beste werken in de specifieke contexten. Dit levert duidelijke richtlijnen en een implementatiehandleiding op voor toekomstige implementaties van wijkgerichte valpreventie.
Presentatie Startbijeenkomst FRIEND
Hieronder een video waarin Meike over het onderzoek vertelt.