Taal en Cultuur Nederlandse Gebarentaal (NGT)

In diverse beroepsvelden kan het voorkomen dat je in aanraking komt met mensen die gebruikmaken van gebarentaal. Misschien sta je in de toekomst voor de klas en wil je rekening kunnen houden met dove of slechthorende leerlingen. 

Of wellicht wil je jouw SPH-opleiding verrijken, volg je een studie logopedie en ben je geïnteresseerd in communicatie met dove of slechthorende kinderen of volwassenen. Misschien lijkt het je om een andere reden interessant en zinvol om gebarentaal te leren, ongeacht je huidige opleiding. 

Kortom, wil je een bijdrage leveren aan een inclusievere maatschappij, dan is de minor ‘Taal en Cultuur Nederlandse Gebarentaal’ iets voor jou. 

Toelating

Er zijn geen opleidingsgebonden ingangseisen. Wel is het voor het volgen van deze minor belangrijk dat je goed kunt zien en geen motorische beperking hebt aan je armen, handen of gezicht.Voor deze minor hoef je geen stageplek te regelen. 

De examencommissie van je opleiding stelt van tevoren vast welke HU-minoren geen hbo-niveau en/of een onacceptabele overlap hebben met het verplichte curriculum van je opleiding. Check op de pagina Niet toegestane minoren onder jouw instituut of er minoren zijn die je niet mag volgen. Deze pagina zal vanaf 29 februari geüpdatet zijn voor minoraanbod 2024-2025. 

Inhoud

De mens heeft van nature een sterke behoefte aan communicatie, wat ons aanzet tot gesprekken met elkaar. Voor de meeste horende mensen is gesproken taal de gangbare vorm van communicatie. Helaas is deze voor doven en slechthorenden vaak ontoegankelijk, wat gevoelens van uitsluiting kan veroorzaken. Door het volgen van deze minor en het verwerven van een basis in gebarentaal, kun je een brug slaan tussen de bovengenoemde groepen. 

Historisch gezien maken veel dove mensen gebruik van gebarentaal. Taalkundig onderzoek heeft aangetoond dat gebarentalen volwaardige talen zijn, met een eigen lexicon en grammatica. In het hoofdvak van deze minor leer je de basis van de Nederlandse Gebarentaal. De voertaal tijdens de gebarentaallessen is NGT, waardoor je deze taal op een natuurlijke manier kunt oppikken. Daarnaast omvat het vak Dovenstudies een verkenning van de geschiedenis van doven en de Dovencultuur, waarbij praktijkopdrachten je in contact brengen met de Dovengemeenschap. Tot slot biedt het vak Verdieping themabijeenkomsten aan over onderwerpen als doofblindheid, omgang met tolken/schrijftolken, logopedie en taalkunde.  

Na afronding van de minor ben je in staat om op basisniveau te communiceren in NGT en heb je een dieper begrip ontwikkeld voor het leven van doven en slechthorenden in Nederland. 

Leerdoelen

Aan het eind van deze minor 

  • Je kunt zinnen en veelvoorkomende uitdrukkingen begrijpen die betrekking hebben op zaken van direct belang, zoals persoonsgegevens, familie, winkelen, plaatselijke geografie en werk, in Nederlandse Gebarentaal (NGT). Bovendien ben je in staat om in NGT te communiceren bij eenvoudige en alledaagse taken die een eenvoudige en directe uitwisseling over vertrouwde en dagelijkse onderwerpen vereisen. Daarnaast kun je in eenvoudige bewoordingen aspecten van je eigen achtergrond, je directe omgeving en behoeften beschrijven in NGT. 
  • Je kunt de relatie tussen dove mensen en de Nederlandse Gebarentaal beschrijven en hebt kennis van en inzicht in deze relatie. Dovencultuur vormt een hoofdvak van deze opleiding. Taal is altijd verweven met historische, maatschappelijke, sociale en culturele aspecten. De Dovenbeweging in de breedste zin van het woord komt hier aan bod. De begrippen cultuur, Dovengemeenschap, beeldvorming en culturele expressie worden bestudeerd vanuit een cultureel antropologische en sociologische invalshoek. 
  • Je hebt kennis gemaakt met verschillende onderwerpen die gerelateerd zijn aan gebarentaal en Dovencultuur door het bijwonen van themabijeenkomsten. Onderwerpen die aan bod komen zijn onder andere doofblindheid, een bestudering van de werking van het oor en het cochleair implantaat, omgaan met tolken en schrijftolken, er wordt ingegaan op wat de gebarentaal nu eigenlijk is en wat de plaats is van gebarentalen in relatie tot gesproken talen. De taalkundige structuren op verschillende niveaus worden uiteengezet, met de nadruk op de Nederlandse Gebarentaal. 

Cursussen

Nederlandse Gebarentaal
Binnen deze module worden de doelen beschreven in het Europees Referentiekader voor Moderne Vreemde Talen (ERK) die behoren bij een beginnersniveau behandeld. De voertaal is NGT. 

Dovenstudies
Dovencultuur is een hoofdvak van onze opleiding leraar/tolk NGT en wordt ook voor minorstudenten belangrijk gevonden. Taal is immers altijd ingebed in historische, maatschappelijke, sociale en culturele aspecten. De begrippen cultuur, Dovengemeenschap, beeldvorming en culturele expressie worden vanuit cultureel antropologische en sociologische invalshoek bestudeerd.  

Verdieping
Door themabijeenkomsten over verschillende onderwerpen (doofblindheid, omgaan met tolken/schrijftolken, logopedie en taalkunde) aan te bieden zal de student meer inzicht krijgen in de dovengemeenschap.  

Toetsing

Alle cursussen worden afgerond met een tentamen.  

Voor alle tentamens moet minimaal een 5,5 behaald worden. De student heeft per tentamen 2 kansen om deze te behalen.  

Literatuur

De volgende literatuur komt tijdens de minor aan de orde. Je ontvangt voor de start van het onderwijs een definitieve literatuurlijst.  

Gebarentaalwetenschap, een inleiding. A.E. Baker 

Grondbeginselen der sociologie, 14e druk. H. de Jager, A.L. Mok en P. Berkers 

Rooster

De minor wordt geroosterd op drie lesdagen. De lessen vinden te allen tijde op locatie plaats. Wat jouw drie lesdagen worden, wordt bekend bij de publicatie van het rooster.  

De les- en toetsroosters worden, met uitzondering van de eerste onderwijsperiode van het studiejaar (start september), altijd vier weken voor de start van iedere onderwijsperiode op Mijn Rooster geplaatst. Het rooster voor de eerste onderwijsperiode van het studiejaar is drie weken voor de start vindbaar op de site. Op Mijn Rooster is altijd het meest actuele rooster zichtbaar. 
 
Op de HU mag voltijdonderwijs geroosterd worden tussen 08.30 en 19.00 uur.

Extra kosten

Geen.

 

Deze minor is door de Green Office HU aangemerkt als een duurzame minor. Dit betekent dat je door het volgen van deze minor kan bijdragen aan één of meerdere van de Sustainable Development Goals van de UN.

 

Switch to English English