Reclasseringswerkers, jeugdbeschermers, schuldhulpverleners en woonbegeleiders: ogenschijnlijk uiteenlopende werkvelden en doelgroepen. Maar zij hebben als belangrijk gemeenschappelijk kenmerk dat hun werk plaatsvindt in een context van drang of dwang.
Ze werken met cliënten (en hun leefomgeving) op grond van een opdracht, aan hen verstrekt door justitie, gemeente, of woningbouwvereniging. Hun professionele bemoeienis is gericht op het voorkomen van herhaling (van delinquentie, huiselijk geweld, ernstige schulden, woonoverlast) en het bevorderen van maatschappelijke participatie. Hun professionele rol en expertise omvat – naast het bieden van hulp en steun – het monitoren van risico’s, controle op naleving van voorwaarden en het afwegen van de belangen van individuele cliënten tegen het maatschappelijke belang. Hierin verschillen zij van hulp- en dienstverleners in vrijwillig kader, die vooral – of alleen – in actie komen op grond van vragen of behoeften van cliënten en hun leefomgeving zelf.
Het Kenniscentrum Sociale Innovatie van Hogeschool Utrecht heeft van 2015 tot 2019 gewerkt aan een onderzoek naar kenmerken en belang van de werkalliantie tussen cliënten en professionals die werken in een (semi) gedwongen kader. Op deze site vindt u de resultaten van dit onderzoeksproject, de ontwikkelde producten en publicaties.
Er zijn twee promotie-onderzoeken ontstaan uit dit project. Een onderzoek naar verschillende dadergroepen bij de reclassering en verschillen in werkalliantie-kenmerken door Widya de Bakker en een onderzoek naar de wijze waarop de werkalliantie in de loop van het toezicht verandert, in samenhang met de rol van de professional door Annelies Sturm. Hiervan zullen wij u op deze site op de hoogte houden.