Jos van Reenen

Software Development bouwt inclusief curriculum
De Hogeschool Utrecht (HU) zet zich actief in voor meer vrouwen in de ICT. Een van de laatste initiatieven op dit vlak komt van Jos van Reenen, docent Software Development. Bij de ontwikkeling van het tweede semester Software Development (SD) heeft hij bewust een meer inclusieve opdracht geformuleerd. Jos: ‘We hebben de stereotype verwachtingen losgelaten en een curriculum ontwikkeld dat voor iedereen aantrekkelijk is.’

Red Bull plus pizza is code
‘Over software developers wordt wel eens gezegd: je stopt er Red Bull en pizza in en de code komt eruit. Dat is wel een beetje waar, maar het maakt daarbij niet uit of die developer man of vrouw is,’ aldus Jos, ‘Toch kom je als je door de gangen bij HBO-ICT loopt, nog steeds te weinig vrouwen tegen. Dat heeft te maken met het stereotype van een softwaredeveloper: dat is een jongen die van gamen houdt. Maar er zijn genoeg meiden die ook van gamen houden.’

‘Bij de herontwikkeling van het tweede semester van de software development-richting hebben we kritisch gekeken naar de bak met de bestaande panklare standaardopdrachten. Dat bleken vooral de wat stoerdere, jongensachtige onderwerpen te zijn en die sluiten niet echt aan bij de interesses van meisjes. Maar overigens ook niet bij die van alle jongens. We zijn op zoek gegaan naar een onderwerp dat voor iedereen leuk is. Dat betekent niet dat we ons specifiek richten op meisjes, maar dat we een curriculum ontwikkelen dat voor de brede software development-populatie aantrekkelijk is. Gender speelt daarbij geen rol.’

Samenstelling teams
‘De studenten werken in teams aan hun opdrachten. Over de samenstelling van die teams hebben we ook nagedacht. We zijn erop uitgekomen dat we ze het beste vrij kunnen laten in hun keuze met wie ze willen samenwerken. Het is dus niet zo dat we proberen de meiden juist over de verschillende teams te verdelen. We willen niet sturen. Door ze zoveel mogelijk in dezelfde klas te zetten, geven we ze wel de mogelijkheid om een volledig vrouwelijk team te vormen. Wat mij betreft is dat helemaal geen probleem. Jongen of meisje doet er niet toe, het gaat erom dat je op een bepaalde manier een klik hebt.’

SD’ers vinden het leuk om met computers bezig te zijn
‘De opdracht waar de studenten tijdens het nieuwe tweede semester aan werken is een webapplicatie voor het configureren van een computer,’ vertelt Jos. ‘Een behoorlijk technisch onderwerp, maar als je voor software development kiest, dan nemen we aan dat je het leuk vindt om met computers bezig te zijn. Tijdens het bouwen van de applicatie leer je welke componenten wel en welke niet met elkaar kunnen. Zo kunnen bepaalde chipsets bijvoorbeeld niet met andere chipsets overweg. Dat is iets wat een software developer moet snappen, want je moet straks ook met de systemen en context van je klant of opdrachtgever overweg kunnen.’

‘Of je nou man of vrouw bent maakt daarbij niet uit, je interesse in software development is de bepalende factor. Natuurlijk zijn er verschillen, zo is de een beter in de technische kant dan de ander. Dat geldt ook voor de sociale vaardigheden. Maar daarbij zie ik eigenlijk weinig verschil tussen meisjes en jongens, die vaardigheden zijn niet gebonden aan een specifiek gender.’

Rollenspel met docent in de rol van eindgebruiker
‘Wat nieuw is binnen dit semester is dat de studenten deels zelf moeten achterhalen wat het probleem is van hun klant. Niet alles wordt panklaar aangereikt. De docenten helpen ze hierbij door in een rollenspel de rol van eindgebruiker Erik of Erika Reukwater te spelen. Vooral voor introverte studenten en studenten met sociale uitdagingen is zo’n rollenspel een uitdagende maar belangrijke stap.’

‘Tijdens de opdracht zoeken we nadrukkelijk verbinding met de Sustainable Development Goals (SDG’s) van de VN. Waarbij studenten zelf bepalen voor welk SDG ze kiezen. Bijvoorbeeld ‘Duurzame consumptie en productie’: Wat kost een computer als je die uit nieuwe onderdelen samenstelt en wat als je refurbished onderdelen gebruikt? En hoe duurzaam is dat? Maar je kunt ook kijken naar het energieverbruik: hoeveel stroom verbruikt de computer eigenlijk? En kan je het verbruik met een andere componentenkeuze beperken?’

‘Studenten zijn dus vrij in hun keuze voor een bepaald SDG, alleen digitale toegankelijkheid is verplicht. Blinden, kleurenblinden, slechtzienden en mensen die op een andere manier beperkt worden in het gebruik van een computer moeten de applicatie kunnen gebruiken.’

De applicatie hoeft niet te werken
‘Het onderwijs heeft een open karakter door de scrummethodiek waarmee we werken. Maar er zijn wel duidelijke kaders. Studenten moeten met bepaalde programmaturen werken, de gebruiksinteractie analyseren en software ontwerpen, realiseren, testen en installeren. Het is dus echt toegepaste software development zoals ze dat straks in de praktijk ook gaan doen. Tijdens dit proces moeten ze zich ontwikkelen op de vier professionele vermogens: interactief vermogen, organiserend vermogen, onderzoekend vermogen en zelflerend vermogen. Ook als de applicatie aan het eind van het semester niet werkt, zou je het semester moeten kunnen halen, zolang je de leeruitkomsten maar op niveau hebt kunnen aantonen.’

Kiezen op basis van interesse, niet op basis van gender
‘Het zou geweldig zijn als we op een punt komen dat gender helemaal geen rol speelt bij de keuze voor een studie. Daar zijn we nog niet, maar we zetten belangrijke stappen. Het uiteindelijke doel? Dat studenten niet meer hoeven na te denken of een opleiding ‘voor hen’ is, maar dat ze gewoon kiezen op basis van interesse en talent.’