Veruit de meeste Nederlandse gemeenten (87% volgens Van Arum & Schoorl, 2015) werken met enige vorm van een sociaal (wijk)team. Dit zijn in de regel breed samengestelde teams van professionals met verschillende expertises. De lokale opdracht aan deze teams kan verschillen, maar allen vervullen zij een belangrijke rol in de veranderingen die zijn ingezet met de invoering van de decentralisaties in het sociale domein (Wmo, Wet op Jeugdzorg, Participatiewet). Daarbij wordt meer accent gelegd op preventie, op een integrale aanpak, op het verbeteren van samenwerking tussen professionals en last-but-not-least op meer informele inzet en zelfredzaamheid en zelfregie,ook van burgers in kwetsbare posities. Het uiteindelijk doel is om iedereen in en bij de samenleving te betrekken, tot zijn recht te laten komen en de kwaliteit van leven van alle burgers te borgen. Langzamerhand wordt duidelijk hoe deze beleidsdoelen concreet vorm krijgen in de praktijk van alledag en welke kwesties zich daarbij aandienen.
Met deze bundel willen we de lessen die in de praktijk worden geleerd overdraagbaar maken voor diegenen die zich willen verdiepen in de wijkteampraktijk. We hopen dat de dieper liggende vragen zullen inspireren tot een verdere ontwikkeling van wijkgerichte praktijken die burgers daadwerkelijk ondersteunen bij het leven van een leven dat zij zelf de moeite waard vinden. Dit essay is een beschouwing van de kwesties en keuzen die aan de orde komen in de artikelen in deze bundel en de betekenis daarvan voor de Werkplaatsen Sociaal Domein, professionals en de opleidingen.