Tijdens de coronacrisis bleek weer hoe centraal toetsing staat binnen het hoger onderwijs. Grote zorg was of studenten wel aan hun verplichtingen zouden kunnen voldoen. Programmatisch toetsen maakt het mogelijk om anders met de vele momenten van toetsing om te gaan: ‘Je kijkt naar een grote hoeveelheid informatie over een student. Dat maakt opleidingen en studenten minder afhankelijk van specifieke momenten of van één enkele toets,’ aldus Wendy Peeters, expertiseleider toetsing bij TLN.
Wat is programmatisch toetsen?
‘Kern van programmatisch toetsen is dat beslissen en evalueren uit elkaar worden gehaald,’ legt Wendy uit. Tijdens het onderwijsprogramma werkt de student aan zijn ontwikkeling. Dat doet hij door beroepsproducten en stageverslagen te maken en door feedback te verzamelen. Hij bouwt een portfolio op: ‘De beslissing over de verdere ontwikkeling maak je op basis van heel veel data over het leerproces van de student. Om daar voldoende informatie over te verzamelen, is meer tijd nodig. Daarom gaan beslissingen vaak over relatief veel studiepunten, vaak wel 30 of meer.’
Waarom programmatisch toetsen?
Veel opleidingen willen hun toetsing meer in dienst stellen van het leerproces van de student. Niet vinken maar vonken, is een veelgehoorde uitspraak. Programmatisch toetsen is een concept dat uitgaat van een feedbackcultuur: ‘Je beoogt echt een leercultuur in je opleiding. Studenten maken beroepsproducten om ervan te leren. Fouten maken mag: het gaat om de doorgaande ontwikkeling, niet om het afvinken van taken. Het is de bedoeling dat ze de feedback, die jij als expertdocent geeft, ook echt gaan benutten,’ zegt Wendy. ‘Maar dat lukt alleen als ook docenten zich lerend opstellen. Bijvoorbeeld rondom vragen als: hoe kan ik mijn feedback zo effectief mogelijk formuleren? Wat hebben studenten nodig om feedback te benutten?’
Wat kan TLN voor opleidingen betekenen?
De interesse in programmatisch toetsen levert vragen op aan het Teaching & Learning Network. Er is behoefte aan ondersteuning, aan uitwisseling van ervaringen. ‘Na de zomer verwachten we een leernetwerk op te starten. Tot die tijd is er al, helemaal in lijn met de leercultuur van programmatisch toetsen, een onderwijsleerteam gestart over programmatisch toetsen. Opleidingen die interesse hebben, kunnen hieraan deelnemen om samen met anderen het concept te vertalen naar hun eigen opleiding.’ Wendy waarschuwt dat het niet om een eenduidig recept gaat: ‘Het is een bruikbaar concept, maar docenten binnen de opleidingen moeten vooral gezamenlijk keuzes maken.’
Is er al een opleiding mee aan de slag?
De opleiding Communicatie werkt al vier jaar vanuit programmatisch toetsen: ‘De opleiding is vier jaar geleden begonnen, en nog voortdurend in ontwikkeling.’ Welke tips heeft Wendy naar aanleiding van de ervaringen bij deze opleiding? In de eerste plaats is het van groot belang om studenten erbij te betrekken, geeft ze aan: ‘Geef studenten zelf ook eens de rol van assessor en leer ze om feedback te geven. En blijf vooral ook zelf leren, door bijvoorbeeld goed te kijken naar je studenten en vooral ook: door jezelf toe te staan om fouten maken’.
Contact
Contactpersoon leernetwerk: Christina Schouten christina.schouten@hu.nl
Andere aangesloten experts bij de oprichting van het leernetwerk: Liesbeth Baartman (onderzoek), Ernst van den Bosch (onderwijskundig adviseur), Gerrit Veldman (toetsexpert), Marcella Polis (onderwijs ontwerpen), Josca Snoei (verandercultuur), Patricia Brouwer (onderzoekend vermogen).
Leernetwerk Programmatisch Toetsen
Husite Toetsing
Programmatisch toetsen: voorbeelden en ervaringen uit de praktijk