Achtergrond

Discoursanalyse

BEP helpt bij de analyse van taal op sociale media. BEP is gebaseerd op inzichten uit discoursanalyses.

‘Discoursanalyse’ staat voor een bijzondere manier van kijken naar communicatie. Waar traditioneel bij communicatieonderzoek/-analyse centraal staat wat mensen ergens van vinden is er bij discoursanalyse speciale aandacht voor de wijze waarop mensen in gesprek met elkaar dingen doen met taal. In plaats van alleen zoeken naar de mening van mensen (traditioneel communicatieonderzoek) geeft discoursanalyse je inzicht in de wijze waarop mensen hun ideeën en gedragingen verwoorden. Ook helpt discoursanalyse je beter te begrijpen hoe mensen formuleren in relatie tot anderen. Welke effecten ze al dan niet bewust nastreven met hun woorden.

Bij de analyse van gesprekken is de wijze van analyseren en van onderbouwen van grote invloed op de betrouwbaarheid van het resultaat. De analyse, beter gezegd, discursieve analyse, van het gespreksmateriaal vindt daarom plaats aan de hand van drie analytische regels:

  1. Retoriek: Wat wordt beklemtoond, wat (juist) niet? 
  2. Next turn proof: Hoe reageren anderen op een uitspraak? Hier gaat het om de wisselwerking tussen ontvanger en omgeving
  3. Variabiliteit: Wat wordt er over hetzelfde onderwerp nog meer naar buiten gebracht? Is dat consistent met andere mededelingen? Zo ja of nee: wat zegt dat? 

Aan deze drie regels ligt steeds weer dezelfde vraag ten grondslag (Heritage, 2010):

‘Why that now?’
(Waarom juist nu die opmerking, die uiting?)     

Uit ons onderzoek naar uitingen (op sociale media) met behulp van de drie analytische regels is naar voren gekomen dat bepaald taalgebruik zorgt voor specifieke effecten. Dit vormt de basis van BEP.

Wat is het nut van discoursanalyse?

In onze gesprekken zetten we, bewust of onbewust, allerlei strategieën in om onze uitingen kracht bij te zetten. We benadrukken bijvoorbeeld de ernst van een situatie bij het uiten van klachten of beschuldigingen en minimaliseren ons eigen belang bij bepaalde uitspraken. Deze noodzaak om in gesprekken een bepaalde geloofwaardigheid op te bouwen duidt op een probleem: blijkbaar heerst het gevaar dat wij niet geloofd worden als wij spreken. Zo lopen we in gesprekken het risico:

  • dat je van iets beschuldigd wordt, bijvoorbeeld dat je vooringenomen bent;
  • dat je naar aanleiding van je uitspraken ter verantwoording wordt geroepen (Potter, 1996), bijvoorbeeld dat je moet aantonen je beweringen op feiten te baseren.

Zo’n impliciet probleem noemen we ook wel een gesprekszorg. Een discoursanalyse geeft inzicht in gespreksproblemen en in de manier waarop je die door gespreksstrategieën oplost of voorkomt.

G-JRLGWV62TG