Casus
Hicham werkt sinds september als docent. Het lesgeven in zijn vakgebied vindt hij heel leuk en gaat hem steeds beter af. Sinds kort is hij ook leerteambegeleider. Wat een leerteam is, begrijpt hij wel. Hoe hij het groepje studenten zelf aan het werk krijgt, weet hij niet zo goed. Op dit moment heeft hij het gevoel vooral zelf veel voorbereidingen te treffen en gewoon les te geven aan een klein groepje. Dat kan toch niet de bedoeling zijn?
Wat verstaan we onder een leerteam?
Een leerteam is een langdurig samenwerkingsverband. De basis van dit verband zijn de leervragen van teamleden die in een kleine, vaste groep, en op regelmatige basis bijeenkomen, al dan niet begeleid. Zo luidt de officiële definitie. Hoe dit er in de praktijk uitziet verschilt erg per opleiding. Er zijn opleidingen waarbij het studentenleerteam het hart van de opleiding vormt en de leerteams wekelijks bijeenkomen. Er zijn ook opleidingen waar het leerteam minder ingezet wordt en de bijeenkomsten ook minder frequent zijn.
Extra informatie
In de HU-visie op Onderwijs en Onderzoek (augustus 2022) staat het volgende:
“We werken bij de HU met leerteams. Leerteams zorgen voor (ver)binding met andere studenten met de opleiding en de hogeschool. Studenten leren samen, vervullen verschillende (team)rollen ten opzichte van elkaar, benutten elkaar als peers en zijn elkaars ‘kritische vriend’. Omdat we bij de HU bijvoorbeeld geen klassenleersystemen hebben, én we mogelijkheden bieden voor flexibilisering, zorgen we er met de leerteams voor dat iedereen een veilige thuisbasis heeft. Via leerteams geven we de HU-gemeenschap vorm.”
Leerteam als thuisbasis
Het leerteam is een veilige thuisbasis voor de studenten. De leerteambegeleider is veelal het eerste aanspreekpunt. Het leerteam zorgt voor het gevoel van verbinding en betrokkenheid bij de opleiding: de student wordt ‘gezien’. Binnen het leerteam leren studenten samen, en leren ze verschillende teamrollen vervullen.
Leerteam als oefening voor de praktijk
Het samenwerken binnen het leerteam is een oefening voor de praktijk waarin steeds vaker (interprofessioneel) wordt samengewerkt. Ook biedt het de student een veilige plek waar hij/zij kan werken aan de ontwikkeling van zijn persoonlijke en professionele vaardigheden als HBO-professional.
Competenties oefenen
In de Dublin-descriptoren zijn eindkwalificaties voor een HBO-er vastgesteld voor overkoepelende competenties. Dit gebeurt per opleiding. Zo moet een afgestudeerd HBO-er zelfkennis hebben, kunnen communiceren, presenteren, reflecteren, onderzoekend vermogen hebben, feedback kunnen geven en ontvangen, en leervermogen hebben.
In een leerteam kunnen deze competenties worden geoefend. Ze kunnen per opleiding in meer of mindere mate verschillen.
De leerteambegeleider
Een leerteambegeleider is een coach en procesbegeleider. Hij/zij:
- Coacht studenten op het ontwikkelen van een persoonlijk en professioneel profiel met verschillende werkvormen.
- Stimuleert studenten om zelf de regie te pakken en autonoom te handelen.
- Geeft ruimte aan eigen initiatief en geeft feedback op het ontwikkelen van de competenties.
- Faciliteert en begeleidt studenten om elkaars critical friend te zijn, en in het geven van peer feedback binnen het leerteam. Dit doet hij/zij door zelf veel open vragen te stellen, en de teamleden te stimuleren elkaar vragen te stellen.
De leerteambegeleider is ook lerende en is zoveel mogelijk lid van het leerteam. Het is een gelijkwaardige relatie tussen student en leerteamcoach. Dit vraagt van de coach dat hij/zij de docentrol (steeds meer) durft los te laten.
De leerteambijeenkomsten
In leerteambijeenkomsten zijn de activiteiten erop gericht om van en met elkaar te leren. Van ieder leerteamlid wordt verwacht dat hij/zij een bijdrage levert. Voorbeelden van activiteiten voor leerteamleren zijn:
- Het (leren) geven en ontvangen van peerfeedback
Dit kan bijvoorbeeld met leervragen, de uitwerking ervan en de reflectie hierop. - Brainstormen:
– intervisie
– casuïstiek bespreken
– rollenspellen
– demonstreren, of oefenen van werkvormen/methodieken vanuit de opleiding
– reflectieve activiteiten om ‘diep leren’ te bevorderen
– bespreken actuele maatschappelijke thema’s
De teamleden bepalen welke activiteiten plaatsvinden tijdens de leerteambijeenkomsten. De leerteambegeleider adviseert en kan zelf ook ideeën aandragen. De interactie in het leerteam is gericht op de volgende stap van studenten in hun persoonlijke en professionele ontwikkeling. Ze houden zelf de regie over hun eigen leerproces.
Samenstelling leerteams
De optimale grootte van leerteams is vijf tot acht studenten. Deelnemers dragen zo allen in voldoende mate bij aan de interactie, ze durven vrijuit te spreken en er wordt wederzijds vertrouwen opgebouwd.
Het vormen van heterogene groepen wordt geadviseerd: er ontstaan dan diepere vormen van interactie, volgens onderzoeken. Die zorgen vervolgens voor betere leeropbrengsten.
De begeleiders moeten vooral in de beginfase veel aandacht besteden aan het groepsvormingsproces, en het creëren van een veilige leeromgeving. Dan voelen alle studenten zich vrij zich te uiten.
Hoe begeleid je een leerteam?
Het model voor teamcoaching van Lingsma (1999) geeft antwoord op de vraag hoe je een leerteam begeleidt. In Lingsma’s boek ‘Aan de slag met teamcoaching’ worden ontwikkelingsniveaus van teams beschreven. (M staat voor maturity).
De teamfases
- Het M1 team zit in de eerste fase. Dit is de fase van een verzameling individuen. Er is nog geen emotionele binding met elkaar, er wordt veel verwacht van de begeleider.
- In het M2 team worden de onderlinge relaties uitgetest, er worden conflicten aangegaan en er ontstaan subgroepen.
- Het M3 team is hecht. Er is onderling afstemming over de doelen. Het team leert van elkaar en voelt zich verantwoordelijk.
- Het M4 team behaalt zelfstandig resultaten, maar de teamleden staan ook open voor invloeden van buitenaf. Ze denken en handelen buiten de eigen kaders.
De leerteamcoach kan het team helpen zich te ontwikkelen naar een volgende fase. Onthoud hierbij dat bepaald gedrag het andere oproept. Als de coach problemen voor de groep blijft oplossen, blijven de deelnemers achterover leunen.
Rol van de coach in de teamfases
Hoe je als coach kunt helpen om je team naar een volgend niveau te brengen?
Fase 1 Neuzen dezelfde kant op
Een M1 groep is nog los zand, er is nog geen commitment met elkaar. Uitgebreid informeel kennismaken is belangrijk om verbinding te creëren. Om de neuzen dezelfde kant op te krijgen, helpt duidelijkheid over de doelen, de procedures en de planning. Er worden verwachtingen naar elkaar afgesproken. Een handig hulpmiddel is het maken van een gezamenlijk contract over deze afspraken.
Een zekere luchtigheid in deze periode is ook fijn: doe kennismakingsspelletjes, kleine oefeningetjes, en een uitje. Dit zorgt voor verbinding met elkaar. De coach kan oefeningen inzetten om een verbinding te maken met studie of met stage. Zo komt het team in een gezamenlijke leermodus.
Fase 2 Feedback geven en ontvangen
Bij een M2 team is meer aandacht mogelijk voor de interactie tussen de groepsleden. Dit is een geschikt moment om feedback te leren geven en te ontvangen. In deze fase stel je de volgende vragen in een team: ‘Hoe gaan we met elkaar om? Wat vinden wij belangrijk in onze manier van werken? Ook kan het contract opnieuw bekeken worden: ‘Kloppen deze afspraken met hoe we willen dat het gaat?’ Communicatie en interactie zijn belangrijk. De coach kan de interactiepatronen zichtbaar maken, of de metacommunicatie benoemen.
Fase 3 Team neemt zelf verantwoordelijkheid
Als een team eenmaal in de M3 fase zit, kan de coach eindelijk ‘op zijn handen gaan zitten’. Het team neemt zelf verantwoordelijkheid voor de inhoud, de procedures en het proces. De coach kan het team wel helpen om meer buiten de kaders te gaan denken, en het proces benoemen.
Fase 4 Team coacht zichzelf
Een M4 team heeft eigenlijk geen coach meer nodig. De studenten coachen zichzelf en elkaar.
Coachen van een studentenleerteam
Coachen wordt vaak gezien als ‘op je handen zitten’ en de groep het werk laten doen. Dat komt pas in de derde fase aan bod, zoals bovenstaande interventies laten zien. Tot dan is de leerteamcoach afwisselend docent, entertainer, facilitator en procesbegeleider.
De kunst is om tijdig te zien wanneer je welke rol op je neemt. Blijf ook bewust van het effect van jouw rol op de leerteamleden, zij reageren op wat jij doet.
Zelfregie en autonomie stimuleren
Studenten bepalen de inhoud van de bijeenkomsten. Beginnende leerteams, bijvoorbeeld in het eerste jaar, hebben hier nog geen ervaring mee. Dan helpt het om te werken met een voorzittersrol, en deze te laten rouleren. De voorzitter is verantwoordelijk voor de agenda en is gespreksleider. De begeleider kan dan al meer afstand nemen.
Vervolg casus
Hicham heeft het doel van het leerteam besproken tijdens een volgende bijeenkomst. Ook heeft hij voorgesteld om een voorzitter aan te stellen. De studenten hebben de taken van de voorzitter vastgesteld, en wat ze van elkaar verwachten. De volgende keer houdt de voorzitter een ‘Hoe gaat het-rondje’ en introduceert een actueel gespreksonderwerp. Hicham stelt vragen als het even stil valt, of als hij vindt dat het gesprek te veel afdwaalt. Aan het einde evalueren de leerteamleden samen. Conclusie? Ze waren actiever en meer betrokken.
Extra informatie
Edes, I., Kortas, J., Knieriem, C., & Mertens, M. (2016). Leerteams voor professionals in opleiding. Utrecht: Programma onderwijsinnovatie, expertteam leerteamleren Hogeschool Utrecht.
Lingsma, M. (2005, 5e herziene druk) Aan de slag met teamcoaching. Uitgeverij Nelissen: Soest.
Lingsma, M., Bolung, M. & Brabander de, R. (2005, 3e herziene druk) Werkboek teamcoaching en nu echt aan de slag. Uitgeverij Nelissen: Soest.