Welzijn en Inclusie

Onbewuste vooroordelen

Casus

James is een eerstejaars student (24) die opgegroeid is op Aruba. Hij heeft gewerkt in Amerika en studeert nu in Nederland. Tijdens de colleges stelt hij veel vragen. De betreffende docent bespreekt  James in de docentenruimte. Ze denkt dat deze student het niet gaat redden: hij stelt de hele tijd vragen en het niveau is mogelijk te hoog. James heeft een gesprek met een andere docent omdat hij gefrustreerd is over de lessen. James heeft het gevoel dat de docent de pik op hem heeft en hem niet serieus neemt. Als de docent doorvraagt, blijkt dat er een oorzaak is voor James’ vele vragen. Het Nederlands in de lessen vertaalt hij in zijn hoofd naar het Engels, en dan weer naar zijn moedertaal. Om te zorgen dat hij het de lesstof goed begrepen heeft, stelt hij (vele) vragen zodat hij het nog een keer op een andere manier hoort.

Wat verstaan we onder onbewuste vooroordelen?

Ons brein gebruikt elke dag voorkeuren en meningen om snel door het leven te gaan. Een onbewust vooroordeel is een positieve of negatieve voorkeur voor een voorwerp, persoon of groep. Onbewuste vooroordelen heeft iedereen. Ze reflecteren onze culturele en sociale ervaringen. Vooroordelen kunnen onze houding over de buitenwereld negatief beïnvloeden. Ze kunnen ervoor zorgen dat we andere mensen – bewust of onbewust – uitsluiten.
Ieder mens heeft verschillende vooroordelen. Die kunnen versterkt worden door mensen in een bepaalde groep, of bij besluitvorming. Daarom is het belangrijk bewust te worden van je eigen vooringenomenheid, én die van de mensen om je heen. Je kan mensen niet veranderen, maar wel de inzichten om te willen veranderen.

Extra informatie

Oefening: Lees het volgende raadsel en merk hoe onbewuste vooroordelen logisch nadenken soms in de weg staan.

Een vader en zijn zoon krijgen een ernstig auto-ongeluk. De vader overlijdt ter plekke, de zoon is buiten bewustzijn en ernstig gewond. Hij wordt naar het beste ziekenhuis van de regio gebracht. Daar staat een topchirurg klaar om hem te opereren. De chirurg komt de operatiekamer binnen, ziet de jongen en zegt: ‘Ik kan deze jongen niet opereren.’ ‘Waarom niet?’ vraagt de zuster. ‘Omdat hij mijn zoon is!’ zegt de chirurg.

Hoe is dit mogelijk?

De gemiddelde Nederlander moet lang over dit raadsel nadenken. Jij misschien ook, of misschien niet. Dat hangt af van de shortcuts die jouw brein heeft gemaakt. Misschien denk je dat de jongen geadopteerd is. Of dat de chirurg homoseksueel is, en de tweede vader is van de jongen. De meest voor de hand liggende verklaring bedenken de meeste mensen niet meteen, namelijk dat de chirurg de moeder van de jongen is. Hoewel we weten dat veel vrouwen chirurg zijn, linken we het woord ‘chirurg’ in ons onderbewustzijn aan een man.

Hoe kan je als begeleider omgaan met vooroordelen?

Het is belangrijk om je bewust te worden van je eigen vooroordelen. Sta wat vaker stil bij wat je doet en vindt, en stel je de vraag waarom je dat eigenlijk doet/vindt. Welke vooroordelen liggen hieraan ten grondslag? Bovenal, ga in gesprek met de ander en maak verbinding.

Vervolg casus

De twee docenten bespreken met elkaar deze student. Daarbij komen de onbewuste vooroordelen van beide docenten naar voren. Dat helpt de eerste docent om anders naar James te kijken. Automatisch verandert haar gedrag naar deze student in de les. Ook met James zelf is gekeken naar zijn vooroordelen. Ook hij heeft zijn denkbeelden verruimd. James communiceert duidelijker over de wijze waarop hij leert.

Extra informatie

Binnen HU: neem contact op met TLN voor docentprofessionalisering: training omgaan met verschillen, onbewuste vooroordelen.

UA-29247330-1