Dit bericht is een eerste versie. Heb je input om dit stuk te verbeteren, bijvoorbeeld tips of helpende bronnen? Mail dan naar sjirk.zijlstra@hu.nl!
Aangezien er niet veel studenten tegelijkertijd in een ruimte mogen zitten, zijn we genoodzaakt om ons onderwijs op een andere manier vorm te geven. Regelmatig wordt er daarom aan een deel van de studenten in het klaslokaal lesgegeven, terwijl een ander deel de les online volgt. We spreken van hybride onderwijs. Verwarrend is dat aan ‘hybride’ in het beroepsonderwijs ook een andere betekenis wordt gegeven: namelijk als kenmerk van een leeromgeving waarin school en werk zodanig samenkomen dat er een nieuwe praktijk ontstaat (we verwijzen hiervoor naar een fraaie explanimatie). In deze tekst richten we ons op de eerste betekenis: het verzorgen van onderwijsactiviteiten voor studenten waarvan op hetzelfde moment (synchroon) een deel offline en een deel online aanwezig is.
In het onderwijs wordt deze vorm al langer gebruikt, al ging het dan meestal om bijzonder omstandigheden, zoals langdurig zieke studenten die, bij wijze van uitzondering, de lessen online volgden. In de huidige situatie gaat het vaak niet om een enkeling, maar om grotere groepen studenten. Dit vormt een grote uitdaging voor veel docenten, want: Hoe verdeel je je aandacht tussen de online en de offline groep? Hoe zorg je ervoor dat iedereen je goed kan volgen? Hoe houd je de aandacht van alle studenten vast? Hoe voorkom je dat de online studenten zich buitengesloten voelen? Hoe voorkom je dat studenten die online aanwezig zijn zich aan je gezichtsveld gaan onttrekken?
Wanneer hybride onderwijs?
Elke vorm van onderwijs heeft voor- en nadelen. Dat geldt zeker ook voor hybride onderwijs. Het geven van hybride onderwijs is nieuw en ingewikkeld. Daarom adviseren we een bewuste afweging te maken. Veel opleidingen vinden het belangrijk dat studenten de kans krijgen om naar de hogeschool te komen, zodat zij ook ‘echt’ contact met elkaar kunnen hebben. Momenteel zijn studenten niet altijd in staat om fysiek naar de hogeschool te komen. Door een les hybride in te steken, bied je de studenten die dat kunnen, de kans om een fysieke les fysiek te volgen, en de studenten die niet naar de campus kunnen komen de mogelijkheid om de les online te volgen. Hierdoor lopen studenten geen onderwijsachterstand op en blijven ze betrokken bij de studie. Daarnaast kun je met hybride onderwijs ook makkelijk mensen uit het werkveld betrekken, door ze (online) deel te laten nemen aan een meeting of door op locatie een (online) les te geven.
Naast deze voordelen van hybride onderwijs is het belangrijk oog te hebben voor enkele nadelen. Het geven van een hybride les vraagt een uitgebreide voorbereiding (meer dan voor een unimodale les) en je moet als docent vaak en snel schakelen tussen offline en je online interactie met je studenten. Dit kan ten koste van de kwaliteit van je onderwijs gaan. Je aandacht verdelen kost veel energie en cognitieve belasting, die niet besteed kan worden aan het begeleiden van het leerproces. Daarnaast kunnen de online studenten zich minder betrokken voelen, omdat je makkelijker aandacht schenkt aan fysiek aanwezige studenten. Tegelijkertijd kan meer focussen op online studenten, de offline studenten ook de indruk geven dat ze ‘voor niets naar Utrecht of Amersfoort zijn gekomen’.
Vormen van hybride onderwijs
Of het nou online of offline is, je bent in de luxepositie dat je je studenten bij elkaar hebt. Dat betekent dat synchrone interactie mogelijk is! Bedenk dat er daarbij twee vormen van interactie mogelijk zijn: Tussen jou en de studenten, en tussen de studenten onderling.
Voor die interactie zijn in de hybride situatie meerdere modellen mogelijk, die je binnen een les ook kunt combineren.
- Zo kun je uitgaan van twee grote groepen, één online en één offline, waar je bijvoorbeeld tegelijkertijd interactieve instructie aan geeft.
- Een tweede optie is om subgroepjes te maken van alleen offline studenten, of alleen online studenten. Deze subgroepjes kun je dan afwisselend begeleiden.
- Je kunt natuurlijk ook subgroepjes maken met zowel online en offline studenten door elkaar.
- Een vierde optie is om elke fysiek-aanwezige student een ‘online buddy’ te geven, waarmee zij samen de les volgen en overleggen.
Daarnaast kun je ook bewust kiezen om af te wisselen tussen een tijdspanne waarin je aandacht besteedt aan de online groep en een apart blok voor de offline groep. Op het moment dat je aanwezig bent in de online groep is de offline groep dan met een samenwerkingsopdracht bezig, en vice versa.
Voor ieder van deze vormen van hybride onderwijs bespreken we een aantal aandachtspunten en praktische tips.
Algemene tips
- Introduceer de les, waarbij je zowel de online groep als de offline groep welkom heet en helder introduceert wat je van iedereen verwacht. Iedereen voelt zich dan gezien. Maak ook duidelijke afspraken over de communicatie, waarbij in de online groep het gebruik van de chat, de handjesknop en microfoondiscipline aandachtspunten zijn.
- Zorg dat interactie in je hybride les centraal staat. Als je uitgebreid informatie in een hoorcollegevorm gaat delen, overweeg dan gewoon een kennisclip op te nemen. Niet alleen is eenzijdige kennisdeling zonde van de momenteel zeer schaarse contacttijd, maar het blijkt ook dat het op afstand bekijken van een hoorcollege dat aan een groep studenten wordt gegeven die offline aanwezig zijn minder effectief is omdat de kijker niet het gevoel heeft te worden aangesproken.
- Zorg voor voldoende variatie. Niet elke activiteit zal even goed uitpakken en door alle groepen op dezelfde manier worden beleefd, maar als er variatie is, is dat niet zo’n bezwaar. Bedenk ook dat online deelnemen vermoeiend kan zijn.
- Vraag actief feedback over de lesvormen, zodat studenten ook kunnen meedenken over hoe een hybride les goed kan verlopen.
- Maak gebruik van asynchrone werkvormen vooraf en achteraf en verbind die met de les. Zo kan in de bijeenkomst direct op interactie worden gefocust en bovendien leidt dit gewoon tot krachtiger onderwijs.
- Let op dat de studenten die naar de hogeschool komen daar ook iets te halen hebben.
- Houd er rekening mee dat het ook kan gebeuren dat een deel van de studenten weliswaar in een HU-gebouw is, maar dat jij zelf thuis zit omdat je ‘s ochtends bij het opstaan moest hoesten. Informeer je studenten hier voor aanvang over en maak werkafpraken, bijvoorbeeld dat iemand bij een plenaire sessie een laptop op een groot scherm aansluit.
- Wees wat eerder aanwezig en blijf achteraf wat langer hangen; of snoep wat tijd af van de ingeplande onderwijstijd. Zo creëer je ruimte voor individuele gesprekken: zowel tussen jou en studenten als tussen studenten onderling. Binding is immers een belangrijk aandachtspunt in coronatijd.
Hybride vorm 1: Tegelijkertijd twee of meer groepen, online én offline
- Wijs elke les een offline student aan die de vragen in de online chat monitort en eventueel naar jou terugkoppelt.
- Wijs elke les ook een online student aan die eventueel kan ondersteunen als iemand uit de online groep de techniek niet goed aan de praat krijgt.
- Maak gebruik van interactieve presentatiesoftware zoals Wooclap zodat je input van alle studenten tegelijk kunt zien.
- Gebruik een Jabra om te zorgen dat degenen die de online les volgen je ook goed kunnen horen. Via zo’n Jabra zijn ook klassengesprekken door studenten op afstand goed te volgen. Let wel op rumoer: als er meer dan één bron van geluid gelijktijdig is, is het voor deelnemers op locatie vaak nog wel te volgen; voor studenten op afstand wordt het echter een kakofonie.
- Draai de traditionele positie van docent en studenten om: de offline studenten zitten met hun rug naar het smartboard; de online-studenten zijn via MS Teams aanwezig op het smartboard; de docent staat achter in de klas en ziet zo in één oogopslag zowel de online als offline studenten. Flipping-the-classroom-maar-dan-anders! (Alleen een powerpointpresentatie werkt dan niet zo handig, maar die zou je via een kennisclip kunnen aanbieden.)
Vanwege restricties op lokaalcapaciteit komt het vaak voor dat ook de studenten die in het gebouw aanwezig zijn verspreid zijn over meerdere lokalen. In dat geval moet je kiezen in welke ruimte jij zelf aanwezig bent om plenair les te geven. Dat is lastig. Het liefst wissel je tussen lokalen, maar dat is niet altijd organiseerbaar en bovendien wil je dit soort bewegingen met het oog op besmettingsrisico eigenlijk vermijden. Je kunt ook met studenten afspreken om iedere lesdag ergens anders aan te schuiven. Ben je in een lokaal, vergeet dan niet dat je op andere plekken ook studenten hebt zitten en probeer je aandacht zo goed mogelijk te verdelen over deze groepen. Studenten die in een lokaal zitten waar jij niet aanwezig bent, kunnen een van hun laptops op een groot beeldscherm aansluiten. Het klinkt misschien gek, maar als het je lukt om lokalen bij elkaar in de buurt te regelen, dan zijn er goede ervaringen waarbij een docent al lesgevend heen en weer loopt tussen de lokalen. Zorg dan wel dat in elk lokaal een student zijn laptop -met Jabra- heeft aangesloten op het smartboard. Je blijkt dan als docent zelfs gewoon door te kunnen praten tijdens een lokaalwissel, zonder discontinuïteit!
Hybride vorm 2: Subgroepjes met offline of online studenten
- Geef in je voorbereiding veel structuur aan je les, zodat voor alle groepen duidelijk is wanneer ze wat kunnen verwachten. Een voorbeeld van zo’n structuur wordt in dit filmpje getoond.
- De online groepjes ontmoeten elkaar in een virtuele breakoutroom. In deze online module van De Nieuwe Blend vind je allerlei inspiratie over online werkvormen in breakoutrooms die je vaak zonder moeite ook offline kunt aanbieden.
- Probeer de subgroepjes hun werkzaamheden te laten vastleggen, bijvoorbeeld in een gezamenlijk document. Zo heb je als docent zicht op de wat er in de groepjes gebeurt – en bovendien helpt het studenten de opdracht te structureren. Zie ook deze module van De Nieuwe Blend.
Hybride vorm 3: Subgroepjes gemengd
Bij gemengde subgroepjes zitten online en offline studenten door elkaar heen. Dat klinkt onhandig, maar soms zijn dit de meest natuurlijke groepjes omdat studenten samen een leerteam vormen of eenzelfde soort leervraag of stagecontext hebben. Ook kun je bewust voor dit soort groepjes kiezen om de binding tussen studenten te versterken.
De tips die hierboven staan, zijn ook in deze gemengde situatie van toepassing. Aanvullend:
- Net zoals bij vergaderingen waar een deel van de mensen online aanhaakt, is met name de audiokwaliteit kritisch. Dat speelt hier veel meer dan als iedereen gelijktijdig online aanwezig is, of er maar één persoon is die centraal staat. Je kunt de eerste keer aankijken hoe het werkt, maar houd er rekening mee dat dit een reden kan zijn om toch af te zien van gemengde groepjes.
- Je kunt kiezen voor leeractiviteiten met een taakverdeling tussen de offline en online studenten.
- Zorg dat elk groepje een voorzitter heeft die in de gaten houdt of iedereen aan het woord komt, leg uit dat ‘etherdiscipline’ belangrijk is en hoe je naar elkaar moet luisteren. Deze vaardigheden zijn in deze tijd nog belangrijker dan normaal. Ga er niet automatisch van uit dat studenten dit kunnen. Onderzoek wat het beste werkt, een online of offline voorzitter.
Hybride vorm 4: Iedereen een buddy
Iedere online student krijgt een buddy aangewezen die fysiek aanwezig is. Die buddy’s zijn verantwoordelijk voor het doorgeven van vragen en het betrokken houden van de online studenten. Hierdoor hoef je als docent minder te schakelen tussen online en offline studenten. Dit kan erg handig zijn bij practica of vaardighedenlessen, maar je kunt een plenaire bespreking natuurlijk ook op deze manier vormgeven.
- Geef expliciete instructies over wat je van de fysiek aanwezige studenten én de online studenten verwacht. Bijvoorbeeld:
- Stel actief vragen aan je buddy.
- De offline student kan de online student ondersteunen met vragen en het doorgeen van informatie.
- Gebruik een Jabra om te zorgen dat degenen die het plenaire deel van de online les volgen je ook goed kunnen horen.
- Gebruik deze vorm bijvoorbeeld bij practica of vaardigheden lessen. Hierbij kunnen de online buddy’s bijvoorbeeld ook instructie geven aan de fysieke aanwezige buddy die een practicum of vaardigheid uitvoert.