Verslagen/filmpjes conferenties, actualiteitencolleges, inspiratiesessies 2019-2021

Oogstdialoog ‘Hoe maken we tijd voor lerende en interprofessionele netwerken?’ - 2 december 2021

Tijdens de tweede oogstdialoog van het kUS-programma ‘Lerende netwerken en interprofessioneel samenwerken’ wisselden we ervaringen en inzichten uit over het werven van deelnemers voor interdisciplinaire samenwerking over de verschillende domeinen heen. Waar lopen we dan precies tegenaan en wat is daarop een wijs antwoord? Hoe houden we elkaar bij de les?

Na drie korte presentaties met praktijkervaringen en oplossingsrichtingen van Ane Kwast (Wijkmanager in Wijk bij Duurstede & Vianen, in dienst bij Unicum huisartsenzorg), Vincent de Waal (auteur van het boek ‘Interprofessioneel werken en innoveren in teams’) en Hans Verheijde (OchtendMensen, de jonge talenten van TwynstraGudde), gingen we met elkaar in gesprek.

Hieronder vindt u een beknopte weergave van de uitkomsten van de dialoog en kunt u de PowerPoints inzien.

Save the date: een volgende oogstdialoog staat gepland op 17 maart 2022 van 9:30 tot 11:00 uur en gaat over het zichtbaar maken van de meerwaarde van lerende netwerken. U ontvangt hiervoor in februari een uitnodiging, maar zet het alvast in uw agenda!

Bijlagen

Congres Geweld in Gezinnen - 16 november 2021

Op 16 november 2021 organiseerde de werkgroep Geweld in Gezinnen haar jaarlijkse congres. Dit jaar bepaalden ervaringsdeskundigen, te weten Paul van Dam, Mariska Susebeek, Arthur Kalkhoven en Jolanda de Zeeuw, de inhoud van het congres. Hierbij werden zij, waar nodig, ondersteund door Duska Sabljic (Veilig Thuis) en Marije van Grol (GGD) uit de regiegroep. Met het thema: ‘Ervaringsdeskundigheid in het professionele werkveld – denken in mogelijkheden’ stond het congres volledig in het teken van ervaringsdeskundigheid.

Geweld in gezinnen, daar heb je een bepaald beeld bij. Daar heb je het een en ander, of misschien zelfs veel, over geleerd. Je hebt ideeën over wat wel en niet werkt en nog meer over wat, laten we redelijk zijn, zou moeten werken. Wellicht heb je al best wat ervaring in het werken met deze problematiek. Misschien denk je dat jou nog weinig nieuws te leren valt, vind je dat het allemaal best goed gaat zo. Maar wat nou als we die andere deskundigen eens aan het woord laten, de ervaringsdeskundigen? De slachtoffers en degenen die het geweld pleegden? Soms zijn dingen misschien lastig, maar ze zijn zelden onmogelijk. Er is altijd meer ruimte om iets goeds te doen als je zelf denkt. Dáár gaan we het over hebben vandaag.”

En dat deden we!

De bijeenkomst werd ingeleid door Anita Wix. Wix geeft als ervaringsdeskundige al meer dan 10 jaar presentaties, trainingen en workshops over geweld achter de voordeur. Ze schreef een boek over haar persoonlijke verhaal en is initiatiefnemer van het project ‘Samen vóór een liefdevol Thuis’. Anita vertelde het indrukwekkende verhaal over haar leven. Een leven waarin ze zich onveilig voelde achter haar eigen voordeur. Waarin ze gevangen zat in een relatie waar intieme terreur speelde. Niets was wat het leek, de buitenkant zei vrijwel niets over wat er daadwerkelijk aan de binnenkant gebeurde.

Hierna volgenden twee workshoprondes, waar deelnemers handvatten kregen om beter toegerust te zijn in de complexiteit die situaties van huiselijk geweld met zich meebrengen. Je leest de verslagen hieronder.

Ted Kloosterboer, ervaringsdeskundige en directeur van Stichting Praat, sloot de conferentie af met een inspirerend pleidooi om zorgvuldig met ervaringsdeskundigen om te gaan. Daarbij horen competenties die je als ervaringsdeskundige moet beheersen, maar ook goede arbeidsomstandigheden en een passende beloning. Zij is van plan zich hard te maken voor een beroepsvereniging voor ervaringsdeskundigen.

Het was wederom een mooie en leerzame bijeenkomst. Met speciale dank aan het ervaringsdeskundige organisatiecomité: Paul van Dam, Jolanda de Zeeuw, Mariska Susebeek en Arthur Kalkhoven!

Bijlagen

Signaleren, bespreekbaar maken en doorbreken van (verborgen) armoede - 7 oktober 2021

Wat leidt tot (verborgen) armoede en hoe signaleer je het? Hoe raak je met elkaar in gesprek over armoede? En wat kan helpen bij het doorbreken van (verborgen) armoede?

Op deze vragen zochten wij  de afgelopen twee jaar een antwoord.
We gingen met mensen in armoede, vrijwilligers en beroepskrachten in gesprek over wat armoede met mensen doet en hoe daar soms tegenaan gekeken wordt. We ontdekten hoe belangrijk het is om over dit onderwerp in je omgeving open en nieuwsgierig het gesprek aan te gaan en om elkaar vragen te blijven stellen. Deze inzichten hebben we verwerkt in de ontwikkeling van ‘Ontmoetingen’ en de bijbehorende gids ‘Armoede doorbreek je niet alleen: Gids voor het organiseren van Ontmoetingen die niet automatisch plaatsvinden’. Daarnaast ontwikkelden we een Verdieping op de gids.

Hieronder vind je beide producten.
Daarnaast een opname van de bijeenkomst en de presentaties.

Bijlagen

Hieronder een opname van de bijeenkomst in drie delen. Helaas is de kwaliteit van de opname minder goed.

Inspiratiebijeenkomst Betekenisvolle relaties: verbinding als medicijn - 24 september 2021

Omringd worden door mensen die je waarderen, betrekken bij activiteiten en waar je op terug kunt vallen is een belangrijk aspect van het leven. Het draagt bij aan welbevinden en vergroot de veerkracht. Toch is dit voor mensen die problemen hebben op meerdere leefgebieden niet per se de realiteit. In het contact met naasten staan moeilijkheden uit het verleden een goede relatie soms in de weg. En bij verhuizing is opname en actieve participatie in de nieuwe lokale gemeenschap niet altijd vanzelfsprekend.

In deze inspiratiebijeenkomst stond verbinding centraal. Hoe bouw je aan betekenisvolle relaties en verbindingen met naasten en in de buurt? Welke interventies kennen we op dit vlak? Hoe realiseren we een informeel en collectief aanbod in de sociale basis dat open staat voor iedereen?

Na een inspirerende aftrap van Jan Berndsen (ruim 35 jaar werkzaam in de GGZ, de laatste jaren als bestuurder bij Lister en nu zelfstandige bij Blauwe Paard advies én ambassadeur van het Instituut voor Positieve Gezondheid) kregen we een inkijkje in drie praktijkvoorbeelden uit de U16: Seyster Veste, Pitstop Woerden en Resourcegroepen Utrechtse Heuvelrug.

Na interactie en vragen, sloot Ineke Baas (Procesregisseur Maatschappelijke Opvang en Beschermd Wonen U16) de bijeenkomst af met een slotwoord.

Hieronder vindt u een verslag van de bijeenkomst, de publicatie ‘Bouwen aan een thuis’ en kunt u het webinar terugkijken.

Bijlagen

Lerende netwerken en interprofessioneel samenwerken - 8 juli 2021

Op 8 juli 2021 vond de online oogstdialoog ‘Lerende netwerken en interprofessioneel samenwerken’ plaats, één van de nieuwe programma’s van het kennisplatform Utrecht Sociaal (kUS). Bijna vijftig deelnemers logden in, waaronder professionals uit verschillende praktijkorganisaties, medewerkers van gemeenten, docenten, burgers en onderzoekers van hogescholen.

Het begrip ‘lerende netwerken’ is een concept, waaronder veel verschillende praktijken geschaard kunnen worden: van geplande, doelgerichte, min of meer structurele netwerken tot meer spontane ad-hoc coalities, gericht op het samen onderzoeken, leren en innoveren.


Lerende netwerken in de praktijk

Tijdens deze inspirerende bijeenkomst ging Daniëlle van Schaik, teammanager bij Lokalis, in op lerende netwerken in de praktijk. Hoe geeft haar organisatie, die in de stad Utrecht via buurtteams hulp biedt aan jeugdigen en gezinnen, lerende netwerken vorm in de praktijk? Hoe ziet een lerend netwerk er in de wijk uit en hoe werk je daarbij samen met partners en met én voor klanten?
Er zijn goede ervaringen opgedaan door in bepaalde wijken, rondom concrete vragen van bewoners mensen met verschillende achtergronden bij elkaar te brengen, out-of-the-box te brainstormen en zo samen creatieve oplossingen te bedenken. Bijvoorbeeld rondom de vraag hoe je toekomstige vaders voorbereidt op het ouderschap. Hierbij is het belangrijk om ‘tussen de linies’ te werken. Dat betekent dat je niet vertrekt vanuit het aanbod van je organisatie, maar vanuit wat je kunt bieden om de vraag van bewoners te helpen oplossen. De uitdaging is nu om de ad-hoc coalities om te zetten in meer structurele netwerken.

Onderzoek naar lerende netwerken
Raymond Kloppenburg, onderzoeker bij het lectoraat Innovatieve Maatschappelijke Dienstverlening, besprak vervolgens de uitkomsten van zijn onderzoek naar ontwikkelwerkplaatsen,  een vorm van leernetwerk dat veel wordt gebruikt in projecten bij het Kenniscentrum Sociale Innovatie.
Highlights zijn onder andere:

  • De ontwikkelwerkplaats is een grensoverschrijdende en interdisciplinaire samenwerking, georganiseerd door een facilitator en onderzoeker, bedoeld om de praktijk te verbeteren.
  • Hierbij is het nodig dat deelnemers elkaars expertise herkennen, erkennen en meenemen, hun eigen expertise inbrengen (relational expertise) en tegelijkertijd met elkaar iets doen (relational agency).
  • In het onderzoek zijn de volgende aspecten onderscheiden: de context (bv invloed van aanbestedingsproces), actoren (inbreng, belang, vragen, visies), interventies (activiteiten: wat doe je concreet, divergeren én convergeren, reflectief én concreet), mechanismen (wat roepen de activiteiten op bij iedereen en tussen mensen. Zichtbaar en onzichtbaar) en resultaten.
  • De opzet van een meer structureel leernetwerk vraagt een goede voorbereiding (consortium opzetten) en zorgvuldig ontwerp (wat is precies de vraag, hoe wordt het gefaciliteerd).

Ervaringen met het Regionaal Leernetwerk Jeugd
Vervolgens besprak Renske Schamhart, onderzoeker bij het lectoraat Jeugd, wat meer en minder goed werkte in het Regionaal Leernetwerk Jeugd Utrecht en hoe je in lerende netwerken praktijk, onderzoek en opleidingen dichter bij elkaar kunt brengen. Ze benadrukte dat als je samenwerkt met mensen met een verschillende achtergrond je niet te snel moet denken dat je elkaar begrijpt. Vraag altijd door, in ons geval bijvoorbeeld over welk concreet beeld jij hebt van een lerend netwerk. Daarnaast merkt ze dat mensen de neiging hebben om elkaar te willen overtuigen van het belang van de kennis die zij ontwikkeld of gebruikt hebben (“kennispakketje met een strik er omheen”), terwijl het veel interessanter en leerzamer blijkt te zijn om met elkaar mee te denken over wat je nog niét weet.

Breakout rooms
Na de presentaties gingen de deelnemers uiteen in break-outrooms, waarbij de groepen aan de hand van drie vragen met elkaar in gesprek gingen over lerende netwerken. Hun aantekeningen zijn in de padlets te vinden die je hieronder kunt downloaden. De volgende vragen zijn besproken in de groepen:

  • Wat weten we al?
    • Uit de sessies kwam duidelijk naar voren dat er bij aanwezigen ruime kennis en ideeën zijn over lerende netwerken. Zaken als het belang van gewoon beginnen met elkaar, zowel op casus- als op beleidsniveau, het hebben van een duidelijk doel en het betrekken van de gemeente, kwamen uit de groepen naar voren.
  • Wat willen we te weten komen?
    • Hier bleek dat er nog wel behoefte is om erachter te komen hoe je omgaat met de veelheid aan mogelijkheden die een lerend netwerk kan bieden. Wie heeft de regie in een lerend netwerk, wie betrek je daar wel en niet bij en hoe borg je de resultaten?
  • Welke behoefte heb je aan ondersteuning?
    • De behoefte aan ondersteuning was wellicht wat lastiger in kaart te brengen, al sprongen er wel een aantal thema’s uit: hoe kun je verbinding maken, het delen van best practices en investeringen vanuit de gemeente.

Oproep
Er werd afgesloten met een korte plenaire terugkoppeling en een oproep om je aan te melden als je in de toekomst mee wilt denken over de inrichting van het programma. Wil je graag meedenken? Stuur dan een mailtje naar kus@hu.nl.

Bijlagen

Ethisch houvast voor sociale professionals - 24 juni 2021

Met de komst van COVID-19 en alle gevolgen van dien, blijken professionals in de zorg en het sociaal domein met nieuwe ethische vragen te worstelen. Vragen als: hoe beslis je wie een bed krijgt als de IC vol ligt? Wijk je af van de regels omdat je anders het contact met je cliënten verliest? Hoe ga je om met een collega die geen vaccin wil? Moeten jongeren met mentale problemen voorrang krijgen op kwetsbare ouderen?

Het lectoraat Schulden en Incasso en het lectoraat Innovatieve Maatschappelijke Dienstverlening van Hogeschool Utrecht inventariseerden deze dilemma’s en ontwikkelden een beknopte ethische handreiking voor professionals in crisissituaties. De handreiking is ook bruikbaar voor een algemene ethische ‘onderhoudsbeurt’.

In het actualiteitencollege ‘Ethisch houvast voor sociale professionals’ is nader ingegaan op deze corona-dilemma’s. Ethische kwesties in coronatijd waar professionals mee geconfronteerd werden zijn besproken en er is ingegaan op de verschillende soorten houvast waar professionals behoefte aan hebben. Daarna is de ontwikkelde handreiking ingevuld en vervolgens besproken met de deelnemers van het actualiteitencollege.

Het actualiteitencollege werd verzorgd door Mariël Kanne (lectoraat Innovatieve Maatschappelijke Dienstverlening) en Nadja Jungmann (lectoraat Schulden en Incasso) en mede mogelijk gemaakt door het kennisplatform Utrecht Sociaal.

U kunt hieronder de video van het plenaire deel van het actualiteitencollege terugkijken en de PowerPoint van de bijeenkomst en de handreiking voor sociale professionals downloaden. Ook vindt u hier een video die eind 2020 gemaakt is door Ed de Jonge voor een bijeenkomst met professionals van de Beroepsvereniging van Professionals in het Sociaal Werk (BPSW). Daarin worden de resultaten gepresenteerd van zowel het internationale als het Nederlandse onderzoek naar ethische kwesties waarmee sociale professionals te maken kregen tijdens de eerste fase van de corona-pandemie. Ook wordt hierin de conceptversie van het Ethisch Houvast getoond.

Bijlagen

Samen integraal bouwen aan participatie - webinarreeks 27 mei en 10 juni 2021

Participeren naar vermogen, waar mogelijk door betaald werk, heeft positieve effecten op het welbevinden en de gezondheid van mensen. Tegelijkertijd zien we dat mensen met een meervoudige ondersteuningsbehoefte en een grote afstand tot de arbeidsmarkt vaak moeite hebben om bij hun gemeente antwoorden te krijgen op vragen.

Deel 1 webinarreeks

Op donderdag 27 mei vond deel één van de webinarreeks ‘Samen integraal bouwen aan participatie’ plaats. Dit webinar werd georganiseerd door het Kenniscentrum Sociale Innovatie van Hogeschool Utrecht en Movisie, samenwerkend binnen het kennisplatform Utrecht Sociaal. Het hele congres kijk je onderaan deze pagina terug.

Tijdens een inspirerende ochtend deelden verschillende experts hun kennis over het thema ‘Samen integraal bouwen aan participatie’. Zo vertelde Joep Binkhorst, projectleider bij het Kenniscentrum Sociale Innovatie van de Hogeschool Utrecht, over het onderzoek naar wat integraal werken op het snijvlak van zorg en welzijn en werk en inkomen precies inhoudt en wanneer dit succesvol is. ‘In het onderzoek stond arbeidsparticipatie centraal en juist daarbij spelen vier vensters een belangrijke rol. Dit zijn ten eerste de inwoner en diens wensen en behoeften, ten tweede de verbinding van kennis en expertise van professionals in de uitvoering, ten derde de faciliterende rol van managers, beleidsmedewerkers en bestuurders en ten vierde organisaties die in staat zijn elkaar te vinden.’ Lees meer over de vier vensters in het rapport.

Hierna ging Marjet van Houten, expert bij Movisie, verder in op de bouwopgaven van integraal werken. ‘Het is best ingewikkeld om die mooie idealen ook in de praktijk te brengen. Bouwen aan integraal werken is een constant proces. Een belangrijke bouwopgave is om niet over mensen, maar met mensen te praten.’ Wil je meer weten over alle bouwopgaven? Bekijk hier de praatplaat. Hilde van Xanten, expert bij Movisie, vertelde over integraal werken aan participatie aan de hand van bevindingen van integraal werken in de wijk. ‘Ik herken dat één gezin, één plan, één regie nog te moeizaam van de grond komt. In het verbetertraject Toegang denken gemeenten samen na over hoe ze hun toegang beter kunnen organiseren. Ook hier zien we dat de samenwerking tussen zorg en welzijn en werk en inkomen vaak nog verbeterd kan worden.’

Visueel verslag

Van het online congres werd een tekening gemaakt door De Tekenmachine. Dit visuele verslag zie je hieronder.

Aansluitend was er een keynote van Monique Kremer, bijzonder hoogleraar actief burgerschap aan de Universiteit van Amsterdam over de samenwerking tussen sociale wijkteams en klantmanagers. Zij pleit voor minder fixatie op betaald werk en meer streven naar volwaardig burgerschap. ‘Bijstand en het sociaal domein moeten een koppeling maken. Ooit was het zo bedoeld in de bijstand, dat je kijkt naar wat een individu nodig heeft. En daar moeten we naar terug. Het is cruciaal dat mensen niet alleen geholpen worden om bijvoorbeeld minder schulden of een huis te krijgen, maar tegelijkertijd begeleid worden naar participatie of aan het werk gaan. Want werk is nog altijd het beste medicijn.’

Hierna vertelde Ruud Schalken over het project Op Koers, van de Houtense Werktafel. Een pilot waarbij inwoners die op meerdere levensgebieden urgente problemen ervaren en daar in niet verder komen, integraal begeleid worden. Dit betekent: inwoner en betrokken professionals zitten samen aan tafel om aan een oplossing te werken. ‘Het belangrijkste is dat de inwoner tevreden is en zich gezien, gedragen en gesteund voelt. We hebben te maken met complexe problemen, het is soms een hele weg om naar een oplossing toe te werken, maar over het algemeen zijn we heel tevreden met deze aanpak. Succesfactoren zijn de visie vanuit beleid en bestuur en niet te lang praten maar doen in de praktijk. En die twee combineren.’ Je kunt er meer over lezen in dit artikel.

Ten slotte gingen de sprekers in een paneldiscussie met elkaar in gesprek en beantwoordden ze vragen vanuit het publiek, dat online mee deed in de chat.

Bekijk hieronder het webinar terug.

Deel 2 webinarreeks

Op 10 juni vond deel twee plaats van de webinarreeks ‘Samen Integraal bouwen aan Participatie’. Deze bijeenkomsten werden georganiseerd door het Kenniscentrum Sociale Innovatie van Hogeschool Utrecht en Movisie, samenwerkend binnen het kennisplatform Utrecht Sociaal.

De tweede bijeenkomst stond in het teken van verdieping, interactie en het uitwisselen van ervaring. Daarom was er, na een inleiding en een terugblik op het eerste webinar, de gelegenheid om in verschillende workshops een uur lang met elkaar in gesprek te gaan. Er vonden in totaal vijf workshops plaats:

  • Workshop 1 stond in het teken van de Houtense aanpak ‘Op Koers’. Johanna ten-Have-Smeding van het Sociaal team Houten en Gisou Kalkhoven van de Houtense Werktafel gingen met Mirjam Gademan van Hogeschool Utrecht aan de hand van casussen uit de praktijk in op deze integrale aanpak.
  • In workshop 2 stond ‘De Participatietafel’ uit Wijk bij Duurstede centraal. Aan de hand van hun praktijkervaring gingen Frank Brouwer van Stichting Binding en Angelique Zwart van Loket Wijk in gesprek met Therese Suidman van Hogeschool Utrecht over dit integrale samenwerkingsverband.
  • Workshop 3 ging dieper in op ‘wat werkt’ bij integraal samenwerken aan participatie en ondersteuning van inwoners. In deze sessie werd de rol van ervaringsdeskundigheid aan de orde gesteld. Sharon Koks – den Outer en Hilde van Xanten van Movisie gingen hierover met de deelnemers in gesprek
  • Workshop 4 stelde de vijf bouwopgaven centraal die voor een integrale aanpak van belang zijn. Marjet van Houten van Movisie ging met deelnemers in op vragen als: Wat staat je te doen, waar moet je op letten, welk gereedschap heb je nodig en hoe zorg je dat het ‘huis van integraal werk’ stevig staat?
  • Workshop 5 ging over de vraag hoe je als professional afstemt met beleidsmedewerkers en bestuurders om tot een succesvolle integrale aanpak te komen. Joep Binkhorst vertelde hierover aan de hand van inzichten uit het onderzoek ‘Lokaal & Integraal Werken aan Participatie’.

Na afloop van de workshops gingen de deelnemers weer terug naar de plenaire ruimte van de bijeenkomst. De workshopleiders deelden de belangrijkste inzichten die in de sessies aan de orde kwamen. Ook stonden zij stil bij de ontwikkelbehoefte van de betrokkenen, waar de komende jaren meer aandacht voor zou moeten zijn. Thema’s die naar voren werden gebracht waren onder meer:

  • Taalgebruik: er is een verscheidenheid aan beelden en termen die we gebruiken om te duiden om wie het gaat (inwoner, burger, cliënt, klant, patiënt). Hoe brengen we hierin meer eenduidigheid? Hoe zorgen we dat taal ook voor inwoners begrijpelijk is?
  • Inzicht in rendement: hoe maken we met elkaar inzichtelijk wat het rendement is van een integrale aanpak?
  • Lokaal vs. Regionaal: hoe verbinden we regionale samenwerkingsverbanden met lokale aanpakken?
  • Van pilot naar structurele werkwijze: hoe maken we de stap van pilot naar structurele werkwijze? Hoe bouw je aan een lokale infrastructuur om ervaringen uit te wisselen?
  • Cultuurverandering: hoe zorgen we dat gemeenten signalen van inwoners goed oppakken? Dit houdt in: écht in gesprek gaan met inwoners, je verdiepen in hun situatie, regie en zeggenschap bij hen te laten. Dit kan betekenen dat je bestaande werkwijzen moet willen bijstellen evenals de houding van professionals ten opzichte van inwoners.
  • Ervaringsdeskundigheid: hoe kunnen inwoners betrokken worden bij het realiseren en verbeteren van dienstverlening om participatie en het meedoen naar vermogen beter van de grond te krijgen.

De bijeenkomst sloot af met de oproep om u met uw gemeente of uitvoeringsorganisaties aan te sluiten bij het kUS programma ‘Participatie: meedoen naar vermogen’. In dit programma kunnen we met bovengenoemde en andere thema’s gericht aan de slag.

U kunt zich aanmelden, ook voor vragen op dit terrein via Joep.Binkhorst@Hu.nl

Wat is de kern van sociaal werk? - 20 mei 2021

Dit voorjaar verscheen het boek Sociaal werk doordacht, een initiatief van het lectorenplatform Sociaal Werk. De publicatie levert een bijdrage aan de professionele identiteit van het sociaal werk. Hierbij staat de vraag centraal wat kernwaarden, kernbegrippen en kernelementen zijn.

Dit webinar belichte via pitches en kennisclips een aantal begrippen die in het boek aan de orde komen, zoals de missie van sociaal werk, socioprudentie, sociale reflexiviteit, methodisch, integraal en beleidscontextueel werken. In een tweetal panelgesprekken werd besproken wat dit betekent voor de beroepsuitoefening, voor de opleidingen en voor kennisontwikkeling.

Aan het webinar werkten mee: Jan Willem Bruins (directeur BPSW), Marcel van Eck (sociaal werker van het jaar), Marja Jager-Vreugdenhil (lector VIA), Sabrina Keinemans (lector Hogeschool Zuyd), Lillian Linders (lector InHolland), Judith Metz (lector Saxion), Elise Nauta (voorzitter SAC HSS), Frans Spierings (lector Hogeschool Rotterdam), Lex Staal (directeur Sociaal Werk Nederland), Jean Pierre Wilken (lector Hogeschool Utrecht) en Toby Witte (lector Hogeschool Rotterdam).

U kunt hieronder het webinar en de individuele pitches terugkijken.

Samenwerken met informele zorgers bij dementie - 12 april 2021

Op 12 april vond de vijfde bijeenkomst plaats uit de reeks Dementie en kwaliteit van leven.
Sprekers: Mariet Brandts, onderzoeker lectoraat Participatie Zorg en Ondersteuning en Esmay Griffioen, student Social Work.

Download hieronder de presentatie.

Bijlagen

Wijk- en herstelgerichte GGZ in de buurt - 9 april 2021

Een eigen plek, een sociaal netwerk én meedoen in de samenleving zijn positief van invloed op kwaliteit van leven. Oók als je kampt met ernstige psychiatrische problematiek. De U16-gemeenten zetten daarom samen de schouders onder de beweging van intramurale behandeling naar een op herstel gerichte ambulante begeleiding in de buurt. Dit vraagt om een goede integratie van aanpakken van betrokken behandelaars, ondersteuners en informeel netwerk, aansluitend bij de behoefte en eigenheid van mensen zelf. In deze inspiratiesessie kwamen aansprekende voorbeelden van wijk- en herstelgerichte ggz praktijken in de U16 aan bod. Hoe werken zij – ondanks bestaande structuren, verschillende wetten met bijbehorende schotten – aan deze omslag? Wat leren we van deze voorbeelden en hoe zetten we gezamenlijk de volgende stap?

 

Bekijk hieronder het verslag, de presentatie’s en/of kijk het webinar terug.

Bijlagen

Narratieve verantwoording in het verpleeghuis - 29 maart 2021

Op 29 maart vond de vierde bijeenkomst plaats uit de reek Dementie en kwaliteit van leven.
Onderwerp: Narratieve verantwoording in het verpleeghuis. Wat kunnen de ervaringen van zorgmedewerkers, bewoners en hun belangrijke anderen ons vertellen over kwaliteit van zorg?
Sprekers: Charlotte van den Eijnde, Marleen Dohmen & Sanne Spanjers

Download hieronder de presentatie.

Bijlagen

Dementievriendelijke stad - 15 maart 2021

Op 15 maart vond de derde bijeenkomst plaats uit de reeks Dementie en kwaliteit van leven.

Hieronder vindt u een presentatie.

Bijlagen

De maatschappelijke impact van COVID-19 - 8 maart 2021

De maatschappelijke impact van COVID-19 op de Nederlandse samenleving is groot, maar niet overal hetzelfde. Zij is op allerlei onderdelen van de samenleving aanwezig – zoals werk en inkomen, zorggebruik, onderlinge solidariteit, buurtrelaties, algemeen en institutioneel vertrouwen – maar verschilt in intensiteit: sommige groepen en (stedelijke) gebieden worden harder getroffen dan andere.

In het actualiteitencollege ‘De maatschappelijke impact van Covid-19’ keken we samen met een aantal landelijke kennisinstituten en onderzoeksprogramma’s naar de maatschappelijke realiteit die zij in het vizier hebben. In grootschalige onderzoeken uitgevoerd in het afgelopen ‘corona-jaar’ wordt de vinger aan de pols gelegd: landelijk, in verschillende steden en in regio’s. Respectievelijk de Erasmus Universiteit en WRR, het Sociaal en Cultureel Planbureau en de Corono Gedragsunit van het RIVM gaven een inkijk in de spankracht van de Nederlandse samenleving ‘onder corona’. Pieter Hilhorst, raadslid van de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving reflecteerde op de bespiegelingen vanuit de andere kennis- en adviesorganisaties.

In dit actualiteitencollege nam Godfried Engbersen, hoogleraar aan de Erasmus Universiteit, raadslid van de WRR en programmaleider van een grootschalig onderzoek naar de maatschappelijke impact van COVID-19, ons mee in hun inzichten. Hij spitste zijn verhaal toe op COVID-19 en sociale cohesie & polarisatie. Kern van zijn betoog: eigenlijk verandert er niet heel erg veel, maar als je heel precies gaat kijken, met name in kwetsbare buurten en bij kwetsbare bewoners, dan neemt het ongemak en onbehagen stevig toe. Een voedingsgrond voor polarisatie.

Daarna sprak Mirjam de Klerk, senior wetenschappelijk medewerker bij het Sociaal en Cultureel Planbureau, over kansenongelijkheid, kwetsbare groepen en corona. Belangrijkste conclusies: de veerkracht is weliswaar groot, maar de gevolgen voor kwetsbare groepen zijn  toegenomen en sommige gevolgen zijn nog niet goed in beeld. De bekende indicatoren voor kansenongelijkheid (laagopgeleiden, mensen met kwetsbare gezondheid, mensen met niet-westerse achtergrond) staan bij de corona-crisis allemaal de verkeerde kant op. De gevolgen zijn nu niet goed in beeld, maar het ziet er niet rooskleurig uit.

Mariken Leurs, hoofd Corona Gedragsunit en plaatsvervangend directeur Volksgezondheid en Zorg bij het RIVM vervolgde het college met een presentatie over COVID-19 en het gedrag (draagvlak, naleving, impact & vertrouwen). De naleving en het draagvlak voor de meeste maatregelen blijkt onveranderd hoog. Interessant is het verschil tussen de ondersteuning van sommige maatregelen (avondklok, maximaal aantal  bezoekers) en of Nederlanders zich eraan houden… Voor een aantal groepen wordt de belasting zwaarder: jongeren, ouders met kinderen in de schoolgaande leeftijd.

Tot slot kwam Pieter Hilhorst, Raadslid bij de Raad voor Volksgezondheid & Samenleving (RVS) nog aan het woord. Pieter hamerde vooral op een toekomstperspectief en een ‘sociaal vaccin’: hoe komen we uit deze coronacrisis op een krachtiger manier tevoorschijn, en wat is daar in de samenleving voor nodig. Denk aan het ‘precariaat’, en ‘werkende armen’. Investeringen gaan niet alleen over het op de been helpen van de economie, maar ook om het op de been helpen van het ‘sociaal weefsel’ en de sociale infrastructuur.

De discussie tussen alle sprekers naar aanleiding van vragen die in de chat naar voren kwamen, leverde ook veel discussies op over de richting van deze investeringen: hoe ziet de ‘post-pandemische samenleving eruit… hoe investeren we nu echt in preventie, in een gezonde leefstijl en in een gezonde leefomgeving. Hoe voorkomen we dat mensen nog verder in de schulden worden gedrukt. En hoe zorgen we dat ‘het systeem’ niet weer in valkuilen trapt, waardoor de kwetsbaren in de samenleving het haasje worden van deze crisis?

De volledige presentatie van EU/WRR, SCP en RIVM (powerpoint in PDF) kunt u hieronder downloaden.
Ook de opname kunt u hieronder terugkijken.

Bijlagen

Dementie vanuit sociaal perspectief - 1 maart 2021

Op 1 maart vond de tweede bijeenkomst plaats uit de reeks Dementie en kwaliteit van leven.
Onderwerp: Dementie vanuit sociaal perspectief.
Sprekers: Jacoba Huizenga, onderzoeker lectoraat Participatie Zorg en Ondersteuning en Hendrik van Hazendonk, student Social Work.

Hieronder vind je de presentatie.

Bijlagen

De veranderingen in het leven door dementie - 8 februari 2021

Op 8 februari vond de eerste bijeenkomst plaats uit de reeks Dementie en kwaliteit van leven.
Onderwerp: de veranderingen in het leven door dementie.
Spreker: Frederik Jan Bruijel, GZ-psycholoog.

Kijk hieronder de sessie terug.
Je vindt hier ook de presentatie.

 

Bijlagen

Actualiteitencollege 'Samenleven in verscheidenheid' - 25 januari 2021

Middenin de Corona-crisis verscheen eind 2020 het rapport ‘Samenleven in verscheidenheid. Beleid voor de migratiesamenleving’ van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR).
De WRR pleit voor een actiever beleid om nieuwe migranten wegwijs te maken en in te burgeren. Verder pleit zij ervoor om het samenleven tussen alle burgers te ondersteunen door te zorgen voor goede fysieke en sociale voorzieningen op buurtniveau.

Nederland is uitgegroeid tot een dynamische migratiesamenleving. Vanaf 2010 ontving ons land jaarlijks meer dan 150.000 en vanaf 2015 meer dan 200.000 migranten uit alle delen van de wereld. Velen van hen vertrekken na verloop van tijd weer uit ons land, anderen blijven. De grote verscheidenheid naar herkomst en de kortere verblijfsduur maken het samenleven ingewikkelder. Vooral in buurten, scholen en verenigingen. Ook hebben sommige migrantengroepen, of hun kinderen, moeite om een baan te bemachtigen of te behouden. Hoe gaan we deze uitdaging als samenleving aan? En heeft de Covid-crisis daar nog invloed op?

Deze indringende en urgente kwesties stelde Godfried Engbersen aan de orde in het actualiteitencollege op 25 januari 2021. Engbersen is een van de auteurs van het WRR-rapport, hoogleraar sociologie aan de Erasmus Universiteit en raadslid van de WRR.

Download hieronder zijn presentatie.

Aanvullend het rapport Maasstad aan de monitor. Een overzicht van onderzoeken die de afgelopen jaren zijn uitgevoerd op basis van het Rotterdamse Wijkprofiel. Het Wijkprofiel is het monitoringsinstrument van de gemeente Rotterdam om in kaart te brengen hoe de stad en de wijken ervoor staan op het sociale, fysieke en veiligheidsdomein.

Bijlagen

Eerst een thuis in de U16; Samen aan de slag in het Living Lab Eerst een Thuis - 15 januari 2021

Eigen haard is goud waard; óók wanneer je in een kwetsbare situatie zit of het even niet alleen redt. Het hebben van een vaste woonplek staat aan de basis van iemands herstel.

Een brede coalitie van partijen in de U16 (gemeenten, woningcorporaties, zorgpartijen en ervaringsdeskundigen) heeft daarom, met extra middelen van het Ministerie van VWS, de krachten gebundeld met als doel om meer dan 200 mensen zonder dak of huis in de regio Utrecht een thuis te bieden. Het gaat hier om een van de grootste Housing First projecten van Nederland.

Op vrijdagochtend 15 januari vond een online inspiratiebijeenkomst plaats waarin het Living Lab ‘Eerst een Thuis’ gelanceerd werd.

Na opening door wethouder Maarten van Ooijen van de gemeente Utrecht, de officiële lancering van het Living Lab met een filmpje waarin verschillende partners aangeven wat hun eigen thuis voor hen betekent, volgde een gesprek met een ervaringsdeskundige en haar begeleider en een presentatie door Melanie Schmit, voorzitter van Housing First Nederland.
Tot slot werd een paneldialoog gevoerd over wat er nodig is om samen tot een eigen thuis te komen.

Kijk hieronder het webinar terug, bekijk het Living Lab -lanceringsfilmpje en/of download het verslag en de presentatie van Melanie Schmit.

Bijlagen

Actualiteitencollege 'Sociaal domein op koers' - 14 december 2020

De transformaties in het sociaal domein zijn sinds vijf jaar écht op stoom.
Drie wettelijke regelingen (de Wmo, de Jeugdwet en de Participatiewet) werden onder verantwoordelijkheid van gemeenten geplaatst. Dat ging gepaard met een aantal opdrachten: een bezuinigingsopdracht (eufemistisch: efficiencykorting) en een opdracht tot een redelijk radicale cultuurverandering van het systeem (sober en simpel). Daarnaast stuurde men op verandering van het (professioneel) handelen van maatschappelijke organisaties én van inwoners zelf: de bewoner aan het roer, eigen verantwoordelijkheid en eigen kracht. De Nederlandse samenleving zou zich gaan transformeren van een verzorgingsstaat naar een participatiesamenleving.

Wat is er van die hooggestemde idealen en beoogde resultaten terechtgekomen? Het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) publiceerde op 16 november 2020 een kritische reflectie op vijf jaar transformaties: liggen de transformaties op koers? Het antwoord is niet onverdeeld positief. De verwachtingen waren te hoog gespannen, de resultaten blijven achter.

Patricia van Echtelt, onderzoeker bij het SCP en een van de opstellers van het rapport ‘Sociaal Domein op Koers’, nam ons tijdens haar actualiteitencollege op 14 december 2020 mee in de kritische reflectie die het SCP opstelde. Waar knelt het? En waar liggen de kansen?

Download hieronder haar presentatie.

Bijlagen

Actualiteitencollege 'Gekker moet het niet worden!' - 23 november 2020

De zorg voor psychisch kwetsbare mensen verandert snel. Waar ze vroeger in een GGZ-instelling een plaats vonden, is dat nu veel vaker niet meer het geval. In plaats daarvan wordt ze een plek midden in de samenleving geboden. Met het idee dat de buurt zich om hen bekommert. Dat hopen we en willen we.

Maar gaat dat lukken? Willen de psychisch kwetsbare mensen dit zelf?
Zijn de wijken, buurten en dorpen wel gastvrij genoeg voor hen?
En zijn sociale professionals wel competent genoeg voor deze nieuwe opdracht?

Alie Weerman, lector GGZ en Samenleving bij Hogeschool Windesheim, ging tijdens het actualiteitencollege op 23 november jl in op deze zeer urgente kwesties.

Download hieronder haar powerpoint.

Bijlagen

Van beschermd wonen naar beschermd thuis; wonen en meedoen in de wijk - 6 november 2020

Voor een geslaagde overgang van beschermd wonen naar beschermd thuis zijn een gastvrije wijk én goede ambulante begeleiding nodig. Dit vraagt om nauwe samenwerking tussen gemeenten, het Rijk, maatschappelijke organisaties, woningcorporaties én inwoners zelf.
Hoe kunnen we er samen voor zorgen dat mensen optimaal kunnen wonen en meedoen in de wijk?

In een online inspiratiebijeenkomst op 6 november jl. gingen we nader in op het vraagstuk van wonen en meedoen in de wijk voor iedereen. Rina Beers (Vereniging Valente, voorheen Federatie Opvang en RIBW Alliantie) en Hans Kroon (Programmahoofd Zorg & Participatie Trimbos Instituut en hoogleraar Ambulantisering/Community Mental Health aan Tilburg University) gaven ons een inkijkje in de stand van het land, weerbarstige knelpunten, succesvolle oplossingsrichtingen en onorthodoxe aanpakken.

Trista Hanssens (ervaringsdeskundige ggz én hulpverlener bij Kwintes) en Joke van der Meulen (familie-ervaringsdeskundig adviseur en expert personen met verward gedrag) reflecteerden vervolgens vanuit het perspectief van ervaringsdeskundigheid op de transformatie naar een beschermd thuis.

Hieronder vindt u een kort verslag van de bijeenkomst, een aantal interessante links en het webinar voor als u of een collega het terug wilt kijken.

Rapporten Ombudsman:
2018: Onderzoek naar knelpunten bij de toegang tot zorg
2020: Geen woorden maar daden nodig bij toegang tot zorg

Factsheet EPA Vektis: Aantal mensen met ernstige psychiatrische aandoeningen per gemeente

Goed voorbeeld onafhankelijke cliëntondersteuning Kernkracht Gouda
Goed voorbeeld onafhankelijke cliëntondersteuning Basisberaad Rotterdam

Bijlagen

Geweld in gezinnen. Persoonlijke waarden en professionele kracht: jouw kijk op daders en slachtoffers - 13 oktober 2020

In 2016 begonnen we een jaarlijkse conferentiereeks onder de titel Geweld in Gezinnen, om professionals handvatten te bieden te handelen in de verschillende fasen die we kunnen onderscheiden. Tot nu toe stonden we stil bij de thema’s ‘signaleren en melden’, ‘gemeld….en nu?’, ‘stoppen van geweld’ en ’traumaverwerking en herstel’.

In het online webinar ging het in dit lustrumjaar over ‘persoonlijke waarden en professionele kracht’.
Welke normen en waarden beïnvloeden jou als professional en hoe ga je daarmee om?
Hoe kijk je naar ‘plegers’ en ‘slachtoffers’ en welk effect heeft dat op jou als professional?

Danny Tenic, manager bij Veilig Thuis, vertelde in zijn presentatie over de ontwikkelingen bij Veilig Thuis, waaronder de impact van corona op het volume van ingekomen meldingen en adviezen en de eerste ervaringen met de chatfunctie die tijdens de coronacrisis beschikbaar is gekomen.

Mirjam Bakker, directeur en opleider van Leren over Leven – Opleidingsinstituut voor Contextuele Studies, gaf vervolgens een lezing over de termen pleger/slachtoffer en hoe deze jou in je houding en handelen kunnen beïnvloeden. De ene pleger is de andere niet, zo is ook elk slachtoffer anders; de mate waarin we er voor hen kunnen zijn en we ze open en respectvol tegemoet treden, heeft alles te maken met onze eigen biografie met geweld, met onze eigen waarden en normen, het nest waaruit we zelf komen en de heilige huisjes die we daar hebben meegekregen. Mirjam Bakker stond stil bij meerzijdige partijdigheid en wat er voor nodig is om vanuit deze basisattitude te kunnen werken.

Tot slot presenteerden we de verhalenbundel ‘Durf te weten’ met verhalen van professionals uit diverse beroepsgroepen. Verhalen over mensen die hen zijn bijgebleven en die hun kijk op huiselijk geweld en op hun vak hebben veranderd. Het is een inkijkje in de praktijken van deze verschillende professionals. We lezen over hun twijfels en dilemma’s, hun verantwoordelijkheidsgevoel en hun onvermogen, hun bevlogenheid en hun inzet om het geweld te stoppen. Over wat ze leerden van de mensen met wie ze werkten en hoe dat tot uiting komt in hun professioneel handelen. Verhalen voor professionals en voor iedereen die hart heeft voor veiligheid in de thuissituatie.

Wil je het boek bestellen? Dat kan hier.

Lees hier een interview in het AD met de auteurs van het boek.

De powerpoint en het webinar kan je hieronder respectievelijk downloaden en terugkijken.

Bijlagen

Grote zorgen, grote kansen in het sociaal domein - 10 juli 2020

Wilt u ook weten waarom investeren in de Sociale Basis juist nu nodig is? Hoe we dure zorgkosten kunnen reduceren? In juli jl, namen ruim 300 mensen deel aan het symposium “Grote zorgen, grote kansen in het sociaal domein”. Gemist? Lees verder voor een korte impressie met de beste quotes. Meer zien? We hebben een samenvattende film gemaakt van 20 minuten. 

De Sociale Basis: het lijkt zo eenvoudig. Achter de transformatie binnen de (Jeugd) zorg zat een duidelijke filosofie: We gaan de instroom naar de duurdere zorg laten krimpen door de Sociale basis te versterken. Preventie als sleutel om het aantal hulpvragen af te laten nemen. Zelfs zonder al te veel kennis van zaken is het een redenering die goed te volgen is.

In de werkelijkheid gebeurde er wat anders: de vraag nam toe, er kwam marktwerking, de inkoop van (jeugd) zorg werd versplinterd. Getransformeerd werd er wel, maar dan van residentieel naar ambulant. Ambulant werkers van vele organisaties die hele regio’s bedienen, zonder binding met de sociale basis in de wijken.
De Sociale Basis schoot hier dus niet veel mee op. De vraag groeide, maar de middelen en mogelijkheden niet. Sterker nog, Welzijn en andere onderdelen van het Sociaal Werk kregen in veel gemeentes te maken met bezuinigingen.

Het kan anders en het moet ook anders. De dienstverlening aan de klanten lijdt onder het pas in een later stadium aanbieden van passende ondersteuning. Er komen vaak complexe en langdurige trajecten bij kijken, die niet nodig waren geweest als er eerder passend aanbod was geweest.

Hierover ging het mini-symposium “Grote zorgen, grote kansen in het sociaal domein” dat via streaming te volgen was. Een gesprek tussen 4 experts met deelnemers digitaal aansloten. Een gefilmde impressie van de beste quotes van de 4 sprekers: Thijs van Mierlo, Hartger Wassink, Carine Thesingh en Hans van Ewijk.

In bijna alle gemeentes wordt gewerkt aan de begroting voor volgend jaar en daarom kunt u juist nu nog even gebruik maken van de input van de kenners uit onze maatschappij. Voor u hebben we daarom een 20 minuten samenvattend filmpje van het symposium gemaakt.

Wij gaan voor een sterkere sociale basis! Gaat u mee?

Werkconferentie 'Impact van verhalen: het vertalen van verhalen naar beleid' - 2 maart 2020

Hoe neem je ervaringen van bewoners, cliënten en burgers mee als input bij het maken van nieuw beleid?

Over deze vraag ging een groot aantal beleidsmakers, sociaal professionals, ervaringsdeskundigen, onderzoekers en specialisten van storytelling in gesprek tijdens de eerste werkconferentie van het Kennisnetwerk Narratief Verantwoorden op 2 maart.

Sandra Geelhoed, onderzoeker bij het Kenniscentrum Sociale Innovatie van Hogeschool Utrecht en dagvoorzitter, verbond het thema van deze middag met het werk van de Franse historicus en filosoof Pierre Rosanvallon over ‘de onvoltooide democratie’. Rosanvallon begon drie jaar geleden met het verzamelen en publiceren van ervaringsverhalen om zo een ‘parlement van onzichtbaren’ te creëren. Burgers, die zich niet gehoord voelen, geeft hij op die manier weer een stem. Met een toegenomen vertrouwen in de politiek als resultaat.

Merlijn van Hulst van de Universiteit Tilburg ging vervolgens in op de werking van verhalen en deelde zijn inzichten als onderzoeker naar de verhalen in het gemeentehuis en bij de politie. Verhalen van burgers worden steeds belangrijker bij het ontwikkelen van beleid. Dat vraagt van ambtenaren een andere werkhouding en vaardigheden.

Esther Sarphatie, Universiteit van Amsterdam, deed verslag over het werk van het Kernteam van het Kennisnetwerk in 2019. De kerngroep volgde een aantal gemeenten waar het narratieve waardegerichte werken werd ingezet.  Zowel werkzame elementen als ook obstakels voor het werken met verhalen in de gemeentelijke context, kwamen naar voren. Van deze bevindingen is een korte handreiking gemaakt (zie download).

In het tweede gedeelte van de bijeenkomst werd met behulp van vier vragen in kaart gebracht hoe de werking van verhalen het ontwerpen, ontwikkelen, vormgeven, besluiten en evalueren van beleid kan ondersteunen. Wat werkt en wat niet. Deze gesprekstafels vormen input voor het verder aanscherpen van de handreiking en het vormgeven van onderzoek.

Ter afsluiting vertelde Suzanne Tesselaar, Stories of Change en HU, hoe het werken met verhalen tot verandering leidt. Verhalen zijn narratieve interventies. Als mensen verhalen delen over hun werk, over een gebeurtenis zoals bijvoorbeeld nu het Coronavirus, geeft dat inzicht in en betekenis aan de verschillende perspectieven en facetten van een probleem en de aanpak die nodig is. Op basis van alle gedeelde persoonlijke verhalen, wordt dan samen een gemeenschappelijk verhaal gemaakt. Hieruit wordt duidelijk welke rol alle betrokken personen spelen en hoe ieder bij kan dragen aan de oplossing van een vraagstuk vanuit zijn of haar eigen rol en perspectief.

Het Kennisnetwerk Narratief Verantwoorden is onderdeel van de Werkplaatsen Sociaal Domein en wordt gecoördineerd door de samenwerking van verschillende kennisinstellingen waaronder UvA, HU, HAN, Movisie. Het secretariaat en de projectleiding liggen op dit moment bij het kennisplatform Utrecht Sociaal, één van de Werkplaatsen Sociaal Domein (kUS).
Voor vragen Dr. Sandra Geelhoed, kUS-KSI, sandra.geelhoed@hu.nl

Download hieronder de handreiking en powerpoints van deze bijeenkomst.

 

Bijlagen

Interactief college Psychische gezondheid en preventie - 22 november 2019

Op 22 november hield Ard Sprinkhuizen, senior onderzoeker bij het lectoraat GGZ en Samenleving van Hogeschool Windesheim en tevens senior onderzoeker bij het Kenniscentrum Sociale Innovatie van de Hogeschool Utrecht, een interactief college over psychische gezondheid en preventie.

Met de focus op eigen regie van burgers in een samenleving die hogere eisen stelt aan participatie en zelfmanagement, wordt er op mensen met een psychische aandoening met complexe problematiek een stevig appel gedaan. Hiervoor is een sterke verbinding nodig tussen GGZ en samenleving. Door samenwerking zijn professionals, burgers en organisaties beter in staat psychiatrische problemen en verslaving adequaat en op tijd te signaleren, begeleiding of behandeling in te zetten en verwaarlozing te voorkomen. In het college werd aandacht besteed aan de samenhang tussen psychische gezondheid en structurele sociale problemen.

Download hieronder de presentatie

Bijlagen

Themabijeenkomst Jong Geleerd.. in het kader van het festival Gelukkig Gezond 2019 - 21 november 2019

Op 21, 22 en 23 november vond voor de tweede keer het festival Gelukkig Gezond plaats.
Op donderdagmiddag 21 november focuste dit zich op het thema ‘Preventie in de jeugdsector’ met een bijeenkomst voor professionals van zorg-  en welzijnsorganisaties, gemeenten en kennisinstellingen.

Onder leiding van Rutger Hageraats van het Nederlands Jeugdinstituut werd na een inhoudelijke presentatie door Nelleke de Vos van de GGDrU aan de hand van stellingen gediscussieerd. Femke Kaulingfreks, lector Jeugd en Samenleving InHolland en Nely Sieffers, regio-ambassadeur cliëntparticipatie OZJ Utrecht en Flevoland waren uitgenodigd om vanuit hun achtergrond input te geven.

Rutger Hageraats stelde dat de preventie vaak omschreven wordt als het voorkomen dat er iets gebeurt. Hij pleitte voor een bredere definiëring waarbij het versterken van de veerkracht in de samenleving het centrale uitgangspunt is. Hoe kunnen mensen omgaan met de lastige situaties en problemen die zij in hun leven tegenkomen. De presentatie van Nelleke de Vos schetste een beeld van de gezondheidssituatie van kinderen en jeugdigen in de provincie Utrecht en de risicofactoren die het gezond opgroeien kunnen belemmeren. In het gesprek dat zich ontwikkelde vertelde Femke Kaulingfreks dat haar lectoraat onderzoek doet naar de veerkracht van jongeren. Veerkracht wordt gezien als de mate waarin jongeren met behulp van hun omgeving die keuzes kunnen maken die hun persoonlijke groei positief beïnvloeden (pedagogie van de hoop). Uitgangspunt is dat er gewerkt wordt vanuit de wensen van jongeren zelf om hun leven vorm en inhoud te geven. Hierdoor krijgt de jongeren de ruimte zich volwaardig mens te voelen. Het gaat dan om het hele verhaal en niet alleen over de problemen. Nely Schieffers als ervaringsdeskundige onderstreepte het belang van het serieus nemen van de verhalen van mensen die een ondersteuningsvraag hebben. Het is belangrijk dat de hulpverleners en begeleiders niet alleen uitgaan van de problemen, maar juist van de mogelijkheden.

Erna volgden een zestal interactieve workshops: De kracht van jongerenwerk, Leren van elkaar in de Utrechtse Wijkacademies Opvoeden, Het Montfoortse model, Het preventief inzetten van een informele mentor in de jeugdhulp. Hoe en waarom?, Preventief jeugdbeleid; geef er maar eens uitvoering aan… en een Kansrijke start.

Hieronder vindt u de powerpoints van deze workshops en de presentatie van Nelleke de Vos.

Bijlagen

Conferentie Geweld in gezinnen - 8 oktober 2019

In oktober organiseerde het kUS samen met externe partners voor de vierde keer de conferentie Geweld in gezinnen. Dit keer met de focus op traumaverwerking en herstel. Want met het stoppen van geweld is de impact daarvan niet verdwenen voor betrokkenen, terwijl professionals dan (vaak) de betrokkenen loslaten. We zoomden tijdens deze bijeenkomst in op hoe geweld doorwerkt in een mensenleven en wat een professional kan betekenen in de fase van traumaverwerking en herstel.

Hieronder vindt u een powerpoint van Carolien Roodvoets, psychotherapeut, gezins- en relatietherapeut en seksuologe die een lezing en workshop gaf.

Daarnaast vier andere verslagen van de workshops en een artikel:

  • Uithuisplaatsing als veiligheidsmaatregel tegen traumatisering en dan…
  • Vergroten van veerkracht bij kinderen na ingrijpende gebeurtenissen
  • De Stilte doorbreken; herstel na trauma door seksueel grensoverschrijdend gedrag
  • Cliënt en trauma’s

 

Bijlagen

Themabijeenkomst Beter benutten van gemeenschapskracht - 19 september 2019

Wat hebben we geoogst?

Als organisatoren kijken we (KUS en Omzien) terug op een waardevol eerste gezamenlijke symposium waarbij de samenwerking tussen bewonersinitiatieven in het sociale domein met sociale professionals, gemeenten en kennisinstellingen centraal stond.

Bij het Krachtstation is door een groep van ongeveer 90 – 100 deelnemers uit bovenstaande groepen na inspirerende inleidingen door Nathan Rozema (Krachtstation Kanaleneiland) Raf Janssen (oud-wethouder gemeente Peel en Maas) en  Thom Verheggen (mede auteur Anders Vasthouden) in 8 verschillende thematafels intensief uitgewisseld over zes vraagstukken.

De uitkomsten van de thematafels, uitkomsten van de plenaire afsluiting en de powerpoints van sprekers zijn hier onder te downloaden.

Er zijn mooie voorbeelden van bewonersinitiatieven en ook van samenwerking tussen bewonersinitiatieven en wijkpartners/gemeenten in onze provincie.  De succesfactoren/werkzame bestanddelen willen we nader belichten.

Als organisatoren constateren we vooral dat er nog een groot verschil is in beelden over en kennis (van de rol en positie) van bewonersinitiatieven bij sociaal professionals, beleidsmakers, bestuurders enz. Een aantal zeer succesvolle bewonersinitiatieven stagneren op dit moment als het gaat om gelijkwaardige samenwerking met gemeenten en/of sociale partners.

De uitkomsten van het symposium geven behoorlijk wat concrete suggesties voor de kennisagenda van kUS en voor het netwerk Omzien om verder mee aan de slag te gaan.

Over een of anderhalf jaar komen we graag weer samen om dan te kijken of we op de verschillende leer- en ontwikkelvragen vooruitgang hebben kunnen boeken en om te bepalen wat er dan nodig is. Tussendoor zitten we niet stil en gaan we met diverse vraagstukken aan de slag.

Dank voor deelname en inbreng van uw kennis en ervaringen.

Bijlagen

Themabijeenkomst Interprofessioneel werken in het sociaal domein - 4 april 2019

De veranderingen in het sociaal domein stellen veel eisen aan goede samenwerking:
op wijkniveau, rond gezinnen, in integrale teams, tussen sociale teams en de gezondheidszorg.
Maar samenwerking blijkt razend moeilijk. Er spelen niet alleen organisatorische belemmeringen (‘we krijgen samenwerking niet georganiseerd’), maar ook culturele verschillen (‘elkaars taal niet kunnen verstaan’) en struikelblokken in de dagelijkse praktijk (‘complexe problematiek’, ‘hoge caseload’).

Deze bijeenkomst bogen we ons over vraagstukken rond samenwerking. We richtten ons met
name op samenwerking tussen professionals van diverse pluimage, maar daarnaast gaven we
ook aandacht aan de samenwerking met inwoners en de gemeente.

We zochten naar antwoorden op de vragen: Wat zijn de kwesties die spelen? En: wat zijn
oplossingsrichtingen?

De bijeenkomst startte met het indringende verhaal van Astrid van der Kooij over haar gezin dat gewoon wil zijn, maar dat niet kan, door wat haar jongste dochter (van nu 17) is. Het streven van Astrid was om haar dochter gewoon mee te laten doen in de buurt, maar dat is niet gelukt. Buren vinden het moeilijk om goed te reageren op een meisje van 17 dat zich gedraagt als een kind van vier. Nu staat de toekomst voor de deur. Haar dochter wordt in de loop van het jaar 18. De ondersteuning komt dan niet meer vanuit de wet op de Jeugdzorg maar vanuit de Wmo.

Wat kan interprofessioneel werken betekenen voor deze situatie? Een belangrijk adagio is dat de cliënt centraal staat, maar dat wordt vaak ingevuld vanuit het perspectief van de organisatie. Astrid  pleit er voor dat niet alleen haar dochter centraal staat, maar het gezin, en dat er ook aandacht is voor de buurt. Alleen dan kan iedereen vanuit haar/zijn rol bijdragen aan het ondersteunen van haar dochter om een toekomst te realiseren die zij zich wenst. Nu met de overgang naar de nieuwe wetregelgeving ligt er te veel op het bordje van het gezin. Er is te veel wat zelf uitgezocht moet worden. Astrid wenst voor hen allen een professional die naast het gezin staat.

Daarna schetste Vincent de Waal, eindredacteur van de uitgave ‘Interprofessioneel werken en innoveren in teams. Samenwerking in nieuwe praktijken’, de ontwikkelingen die interprofessioneel samenwerken noodzakelijk maken. Voorbeelden uit de diverse sociale praktijken laten zien dat het interprofessioneel werken steeds meer algemeen goed aan het worden is. Dat neemt niet weg dat interprofessioneel werken een complexe aangelegenheid is. Het stelt grenzen aan de professionele autonomie. Er ontstaat meer dialoog tussen professionals onderling en tussen professionals en cliënten over waarden.  Ook moet er vaak onderlinge wantrouwen en statusverschil overwonnen worden. De presentatie sloot af een vijftal competenties die nodig zijn om effectief interprofessioneel te werken.

Hieronder vindt u de presentatie van Vincent de Waal en verslagen van deelsessies.

 

Bijlagen

Lezing Social Work and Solidarity: two of a kind? - 14 maart 2019

Op 14 maart 2019 hield Trudie Knijn, Professor of Interdisciplinary Social Science at Utrecht University, een lezing over het onderwerp solidariteit.
Hieronder haar presentatie.

Bijlagen

Themabijeenkomst Verstandig duikelen - 21 januari 2019

Op 21 januari organiseerde de stichting Presentie samen met het kennisplatform Utrecht Sociaal een bijeenkomst over de identiteit van de nieuwe sociale professional. Wat is kenmerkend voor sociale werkers die leefwereldgericht werken in wijken waar veel mensen in kwetsbare posities wonen en welke vaardigheden hebben sociale professionals daarvoor nodig? In de openingslezing presenteerde Judith Leest de bevindingen van onderzoek naar leefwereldgericht werken. Daarna presenteerde Els Overkamp van de Hogeschool Utrecht hoe er door de vernieuwing van de Social Work opleiding wordt gewerkt aan de nieuwe professionaliteit. Margot Scholte sloot af met een betoog voor meer aandacht in werk en opleiding voor de politieke kant van het sociale werk.

Presentatie Verstandig Duikelen door Judith Leest – Stichting Presentie

Verstandig duikelen is kenmerkend voor het werk van sociale professionals in buurten waar veel mensen in kwetsbare posities wonen. Dat is de conclusie van het onderzoek naar de werkwijze van de sociale professionals die in twee Utrechtse buurten als een leefwereldteam hebben gewerkt. Wie is de nieuwe sociale professional? Hoe ziet het werk er na de decentralisaties uit? Wat hebben zij nodig om het werk als sociale professional te kunnen doen?

De onderzoekers constateren dat het vak van de sociale professional zich de afgelopen decennia sterk heeft ontwikkeld: Het vak staat steeds meer als een huis. Er is werkt gemaakt van het ontwikkelen van de beroepsidentiteit. Professionals beheersen vaardigheden en competenties. Maar voor het leefwereldgericht werken hebben sociale professionals onvoldoende aan de bestaande methodieken en geleerde vaardigheden. In de praktijk van de leefwereldteams zijn de professionals zoekende. Zij worstelen met de vragen als waar sta ik precies? Waar ben ik hier voor? Zij hebben een tussenpositie tussen beleid en bewoners.

Om in die tussenpositie goed te kunnen opereren moetende sociale professionals verstandig duikelen. Daar is beweeglijkheid voor nodig en een zwaartepunt/lood, het weten waar je voor bent, een besef van het politieke en een andere manier van leren.

  1. Lood hebben: Jezelf afvragen: waartoe ben ik als sociale professional op aard? Waar ben ík van? En leren afwegen: welke stappen moet ik zetten, waar wil ik mensen in steunen, wat kan ik ze meegeven?
  2. Gevoel voor het politieke. Mensen in kwetsbare posities bevinden zich regelmatig in situaties die een oplossing vragen die botst met bestaande opvattingen of regels van de organisatie of het lokale beleid. Hoe laat je de stem van de mensen horen? Hoe adresseer en agendeer je als sociale professional de kwesties waar beleid en werkelijkheid met elkaar schuren.
  3. Een specifieke manier van leren.
    a. onderzoekend en diepgaand leren, waarbij jezelf als werker in het geding komt. Het gaat om reflecteren op de manier waarop je over jezelf als professional nadenkt. Trage vragen stellen is daar een hulpmiddel bij.
    b. het leren gebruik maken van verstandigheid en praktische wijsheid: niet alleen uitgaan van protocollen, maar doen wat in deze situatie het meest van belang is.
Bijlagen

Presentatie Els Overkamp – Hogeschool Utrecht

De HU ontwikkelt een nieuwe bachelor Social Work. Er komen drie uitstroomprofielen: Jeugd, Zorg, Welzijn & Samenleving.

  • De vraag die het onderzoek Verstandig duikelen oproept is : vullen wij als opleiding de rugzak van de toekomstige sociale professionals wel met de juiste dingen?
    De vraag waar je als sociaal werker voor staat, was 50 jaar geleden ook al aan de orde. Verschil is dat er toen in de verzuilde samenleving veel duidelijkere richtlijnen waren van wat het ‘goede’ was dan nu in de geïndividualiseerde en diverse samenleving. De overheid laat het steeds meer aan burgers over om dingenzelf op te lossen; ook als het gaat om morele standpunten (vuurwerk, zwarte piet).De opleiding heeft een waardengedreven curriculum ontwikkeld. Het uitgangspunt is dat sociale professionals bijdragen aan de sociale kwaliteit van (samen)leven. Voorbeelden van deze waarden zijn inclusie, participatie, sociale rechtvaardigheid, zelfregie en sociale veiligheid. Om effectief te kunnen handelen als sociale professional en een inclusieve samenleving te bevorderen moet de student op het niveau  van het individu, de netwerken en de gemeenschappen kunnen acteren. In het hart van de opleiding staan de leerteams bestaande uit 10 studenten en een coach. In de leerteams ontwikkelen de studenten zich tot sociale professionals. De leerteams hebben als doel het lerend, reflectief en onderzoekend vermogen te stimuleren door kennis uit theorie, praktijk en ervaringen samen te verwerken tot nieuwe kennis. In leerteams kunnen studenten met elkaar oefenen, betekenisvolle gesprekken voeren en worden ze uitgedaagd om zichzelf kritische vragen te stellen. Op deze wijze werkt de opleiding aan het ontwikkelen van het ‘lood’ bij studenten.
Bijlagen

Presentatie Margot Scholte

In haar bijdrage gaat Margot Scholten in op het politieke aspect van het sociale werk. Ze vraagt aandacht voor de aanpak van structurele problemen in het sociale domein door sociale professionals. Naar haar idee is de aandacht voor dit aspect in de laatste decennia naar de achtergrond verdwenen. Hoewel de kernopgave van het social work overeind blijft, zijn de opvattingen over wat ‘goed ’social work is in de loop van de tijd veranderd. Het hangt samen met  hoe we in een bepaald tijdvak de werkelijkheid ervaren en benoemen en de dan geldende waarden en normen. Deze framing maakt dat we dingen selectief benoemen en dat leidt weer tot bepaalde keuzes. Dit benoemen  is niet onschuldig: de term die je gebruikt, werkt door in keuzes en interventies.

Het handelen van de huidige sociale professionals wordt in de kern gekenmerkt door twee assen: de as individueel /collectief en de as hulpverlening/ondersteuning versus activering/participatie.
Maar: er is te weinig aandacht voor structurele problemen, die buiten de directe invloedssfeer van de sociale professionals en bewoners lijkt te liggen.

Daarom zou er aan het handelen van sociale professionals een extra as toegevoegd moeten worden: structuraliseren versus invoegen: het gaat om het meenemen van structurele problemen in analyse en interventiestrategieën. In de kern gaat het om de vraag  hoe professionals dat wat ze tegenkomen in de begeleiding en ondersteuning van bewoners naar een beleidsmatig niveau kunnen tillen. Daarvoor is bewustzijn van het eigen perspectief van handelen nodig, aandacht voor lokale regels en beleid en lef en moed om beleidsmatige misstanden te agenderen.

 

Bijlagen

Deelsessies

Na het plenaire gedeelte zijn in verschillende deelsessies de verschillende onderwerpen uitgediept: diepgaand leren, hoe geven we diepgaand leren en de politieke kant van Social Work vorm in het onderwijs, de politieke kant van Social Work en de facilitering door de organisaties en het beleid van leefwereldgericht werken en leren.

Hieronder wat ‘fruit’.